Appel

Over het voedsel van bijen en hommels en hun rol bij de bestuiving in natuur en cultuur.

Moderator:maartenkleijne

Gebruikersavatar
Oude Essink
Erelid
Berichten:3562
Lid geworden op:za 18 nov 2000, 00:00
Locatie:Nederland
Contacteer:
Appel

Bericht door Oude Essink » zo 28 apr 2002, 21:43

appel

Afbeelding

De Goudreinet behoort tot de laatste appelbloeiers. De boom heeft in volle bloei een eindeloze schoonheid; als triploïde plant is hij absoluut afhankelijk van kruisbestuiving door een ander ras, dat gelijktijdig bloeit; in het algemeen neemt men er de Yonathan voor.
De meeste appels zijn van kruisbestuiving afhankelijk en voorzover zij zelffertiel zijn (dus ook zelfbestuiving accepteren) geldt alijd nog de regel dat zelfbestuiving geen vanzelfbestuiving is. De appel is geen windbestuiver maar afhankelijk van insecten en gezien de massaliteit komt de honingbij als eerste in aanmerking om een goede oogst veilig te stellen.
De doorsnee van de bloem (links onder) laat goed de structuur van de bloem zien:
1. De vijf stempels verzorgen de bevruchting van ieder twee eicellen; Het klokhuis is dan ook vijfdelig en de goed bestoven appel heeft tien pitten. Iedere stempel moet twee pollen krijgen, waardoor twee pollenbuizen de zaadcellen naar de eitjes transporteren. Eenmaal bevrucht leveren de pitten een hormoon af dat voor de goede uitgroei van de vrucht (de appel ) zorgt; een kromme appel is niet goed bevrucht en dus ook niet goed bestoven.
2. De meeldraden leveren ruim stuifmeel, dat aan de poten van de bij een geelbruine tot lichtbruine kleur heef; de helmknoppen zijn geel.
3. Het vruchtbeginsel heeft vijf compartimenten met ieder twee eicellen.

De bloem is schotelvormig en derhalve toegankelijk voor de meeste bestuivers. Tot de bestuivers van de appel behoren behalve de honingbij ook solitaire bijen (als hier een metselbij), hommels, vliegen e.a.; de bloemen staan in een schermvormige tros met witte en roze kroonbladen. De Nectar heeft een hoog suikergehalte en is zeer aantrekkelijk.
De appel malushoort bij de familie van de Rosacaeën; de wilde appel noemt men doorgaans malus sylvestris; sylvestris=in het bos groeiend. Onze gecultiveerde appel heet malus domestica.
hennie oes

Afbeelding

Bijgewerkt door - Oude Essink op 18/05/2002 08:48:55

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 13 gasten