Darrenraat methode, tsja.

Onderwerpen als varroa, Amerikaans vuilbroed en secundaire infecties bij bijen.
Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Romée van der Zee » do 14 dec 2000, 21:07

In een interessant artikel van wijlen Joop Beetsma, Boot en Calis in Apidology(1999) wordt een wetenschappelijke ondersteuning gegeven aan de darrenraat methode. Calis ontwikkelde eerder een simulatiemodel waarbinnen op basis van diverse variabelen berekend kon worden hoe snel een populatie mijten zich ontwikkelt. Op basis daarvan wordt geadviseerd om zo vroeg mogelijk een aanzienlijke hoeveelheid darrenbroed weg te nemen uit de bijenvolken. In deze benadering is maar een geringe hoeveelheid acaricide nodig om de varroamijt onder controle te houden.Een aantrekkelijke gedachte, die daarom o.a. ook in het blad bijen voorgesteld werd.
Mijn bezwaar is dat op zichzelf de reproduktie van mijten in darrenbroed weinig schadelijk is voor een bijenvolk. Bij de apis cerana reproduceert de varroamijt zich zelfs uitsluitend in het darrenbroed. Waarschijnlijk is dit het resultaat van een langdurig (?) aanpassingsproces. Denkbaar is een genetisch vastgelegde voorkeur voor darrenbroed bij varroamijten. Die voorkeur voor darrenbroed bestaat ook bij de varroatypen, die zich in de apis mellifera volken ophouden.
Het voorgestelde wegnemen van darrenbroed zou echter een voortplantingsvoordeel kunnen geven aan mijten die kiezen voor werksterbroed. Mijten in werksterbroed zijn juist uitermate schadelijk voor het bijenvolk en op den duur ook voor de varroamijt zelf.Als deze gedachte juist is, dan is het middel op den duur erger dan de kwaal.
Als er geen voorkeur bij mijten voor darrenbroed zou bestaan, dan komt mijn bezwaar in de lucht te hangen.
Beetsma, Boot en Calis maken in hun artikel aannemelijk dat een varroawijfje pas kan besluiten om een broedcel binnen te gaan als zij binnen een kritische afstand van de bijenlarve gekomen is. Dan kan pas een geur- of warmtesignaal waargenomen worden waarop de mijt reageert. Welke stof dit is blijft vooralsnog onbekend.

Verder verzetten zij zich tegen de stelling dat mijten bij het binnengaan van een cel, een onderscheid maken tussen darren- en werksterbroed(!). Ook zij constateren dat een aanzienlijk groter aantal mijten (11,6 keer zoveel) in het darrenbroed terecht komt. Dit is in overeenstemming met ander onderzoek. Een verklaring voor de hogere infestatie van het darrenbroed verklaren zij uit de volgende twee factoren:
- het darrenbroed is een -langere- tijd aantrekkelijk voor mijten
- het bovenzijde-oppervlak van een darrencel is groter dan dat van een werkstercel, en daarmee de trefkans.
Toch levert een verrekening van deze factoren onvoldoende op om de grotere infestatie te verklaren. Als laatste mogelijkheid om hun simulatiemodel kloppend te maken, brengen zij in diskussie het groter lichaamsgewicht van een darrenlarve, waardoor wellicht toch een sterker geur signaal wordt afgegeven. Zij sluiten hierbij niet uit dat de kwaliteit van het signaal eveneens zou kunnen verschillen. Als dit laatste het geval zou zijn wordt daarmee hun toevalshypothese natuurlijk ondergraven.

Vervolgens halen zij een onderzoek van Radtke aan waarbij mijten uit darrenbroed en werksterbroed werden verzameld, gemerkt en opnieuw in een volk gebracht. Bij onderzoek van het gesloten broed bleken deze twee groepen mijten in hun keuzegedrag voor darren- of werksterbroed niet te verschillen.
Met deze benadering keren zij zich tegen verschillende onderzoekers, met name Schulz, Fuchs, Otten, Langenbach en Infantidis die opwerpen dat er een voorkeur van mijten zou bestaan voor darrenbroed.
Opmerkelijk is de waarneming van Calis, elders, dat het buckfast en carnicabroed veel meer mijten aantrok dan melliferabroed. Opnieuw ondergraven zij daarmee zelf hun simulatiemodel. Blijkbaar spelen verschillen in geur of warmte een aanzienlijke rol bij het besluit van een varroawijfje om de cel in te gaan. En wellicht hangen verschillen in signaal samen met overerfbare kenmerken van bijenrassen.

Bovenstaande schreef ik geruime tijd geleden op de zoemlijst. Ook in andere stukken sprak ik mijn bedenking uit tegen het wegsnijde

Gebruikersavatar
maartenkleijne
Moderator
Berichten: 3582
Lid geworden op: di 21 nov 2000, 00:00
Imker sinds: 1974
Aantal volken: 3
Bijenras(sen): bastaard
Locatie: hilversum
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door maartenkleijne » do 14 dec 2000, 21:28

maartenkleijne
Deelnemer # 14
verstuurd 14-12-2000 17:25
--------------------------------------------------------------------------------
goed verhaal! waar ik nog een hypothese aan toe wil voegen.
Als de mijten kiezen op basis van geurcodes zou het evolutionair wel logisch zijn dat er een voorkeur is ontwikkeld voor darren omdat deze beter bijdragen aan de verspreiding van de mijten naar andere immes.
Daar staat tegenover dat dan selectie op varroaresistentie vooral ook gaat over minder 'lekkere' te infecteren darren. Dus darren wegsnijden is dan ook weer het paard achter de wagen spannen, omdat juist ook bij de darren de resistentie moet gaan optreden.
Het is maar een hypothese die mij echter sterkt in mijn anti-darreraat methode gevoel.

Gebruikersavatar
Oude Essink
Erelid
Berichten: 3562
Lid geworden op: za 18 nov 2000, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Oude Essink » vr 15 dec 2000, 21:29

Oude Essink
Deelnemer # 10
verstuurd 15-12-2000 12:20
--------------------------------------------------------------------------------
De besmetting met Varroa bestrijkt het hele apis Cerana gebied maar door de lage besmettingsgraad heeft dit voor die bijensoort geen kwade gevolgen; het Varroa-wijfje legt bij de a.C. alleen eitjes in de darrencel; als er al een wijfje een werkster-cel binnengaat, komt zij daar niet in actie en worden er geen eitjes geproduceerd; Volgens Friedrich Ruttner heeft het Varroawijfje Juvenilhormoon nodig om tot eileg te komen; De werksterlarf van de a.Cer. heeft een lage hormoonspiegel! Dit in tegenstelling tot de darrenlarve. Bij de apis Mellifera hebben de larven van zowel darren als werksters een hoge hormoonspiegel zodat het Varroawijfje daar wél
in actie komt.
Over onze darrenraatmethode kan ik moeilijk tot een oordeel komen; ik houd er de besmettingsgraad redelijk laag mee.
Deze zomer overkwam mij voor de tweede keer een boeiend schouwspel op de vliegplank:
een bij met Varroa op haar schild werd door een aantal bijen behandeld zoals mijn moeder
vroeger bij ons deed als er weer eens luis op het hoofd zat; bijten en knagen tot de mijt afviel en de bij vrij naar binnen kon.
WIE HEEFT EEN SOORTGELIJKE ERVARING?
Bij de Apis Cerana verweert een bij zich onmiddellijk door poten afbijten wanneer zij een mijt op haar huid voelt; als de mijt zich vervolgens op een onbereikbare plaats nestelt (rugschild) voert de betreffende bij een "afschuddans" uit, waarna de buurmeisjes haar te hulp schieten, zoals ik bij mij op de vliegplank zag. Het zou leuk zijn als ook
bij onze bijen deze trend zich zou doorzetten; Zal nog wel even duren.
hennie oes

Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Romée van der Zee » vr 15 dec 2000, 21:30

Romée van der Zee
Deelnemer # 2
verstuurd 15-12-2000 18:12
--------------------------------------------------------------------------------
1.De hypothese van Hänel en Koeniger, 1986 (de opvolger van Ruttner als hoogleraar in Oberursel) dat juveniel titers een rol spelen bij de vruchtbaarheid van mijten werd in 1993 door Rosencranz e.a. weerlegd.
2. Bij de a.m.m. worden tussen de 10 en 15% beschadigde mijten gevonden. Bij de apis cerana ongeveer 2 x zoveel.
Mooi dat je het hebt kunnen waarnemen.

Minne Bonnema.
Berichten: 252
Lid geworden op: za 06 jan 2001, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Minne Bonnema. » di 19 dec 2000, 21:31

Minne Bonnema
unregistered
verstuurd 19-12-2000 09:15
--------------------------------------------------------------------------------
Met grote interesse de artikels gelezen over de darrenraat methode .
Zowel bij Romee als Maartenkleine ontkom ik niet aan het gevoel dat ze anti-darreraat methode zijn. Nu ben ik zelf ook geen voorstander er van om alsmaar darrenraat uit het bijenvolk te halen ,daar ik meen dat de darren ook in het volk thuis horen,niet voor niets hebben ze zomerdag een luizenleventje er ontbreekt hen aan niets behalve wanneer het eten krap wordt, worden ze de kast uitgekieperd voor dat ze geboren worden.

Maar als gesteld wordt dat door darrenraat te verwijderen het paard ook wel eens achter de wagen kan worden gespannen bij het in toom houden van de besmettingsgraad van de mijt,zo noem ik het altijd maar,klinkt wat beter dan bestrijden,dan moet er ook een alternatief genoemd worden en helaas dat lees ik nergens.

Maar de realiteit is momenteel zo dat er heel wat imkers zijn die door het verwijderen van een of twee BK ramen gesloten darrenbroed in het voorjaar, een sleutel hebben om succesvol de mijt op een alternatieve manier onder de duim te houden. En aldus gevrijwaard zijn om residuen veroorzakende chemische middelen te gebruiken en laten we eerlijk wezen, zulke middelen te gebruiken is echt het paard achter de wagen spannen.

Romee schrijft:de reproductie van de varroa mijten in het darrenbroed is weinig schadelijk voor een volk,dat kan wel kloppen als de mijten populatie binnen de beheersbare grenzen van het volk blijft.Maar zijn ze met zo velen dat er geen genoeg darrenbroed tot hun beschikking is dan zullen ze gebruik maken van werksterbroed,dat is meestal ook het sein dat het bijenvolk de controle over de mijt kwijt raakt en zodanig verzwakt dat ziekten kunnen toeslaan.

Mochten de door mij genoemde punten reeds eerder ter discussie hebben gestaan,hetzij zo.

Minne. Eko bijker

Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Romée van der Zee » di 19 dec 2000, 21:33

Romée van der Zee
Deelnemer # 2
verstuurd 19-12-2000 10:30
--------------------------------------------------------------------------------
Beste Minne,
Ik vind de darrenraatmethode te verkiezen boven bestrijding met acariciden. Dat heb ik meer dan eens op de zoemlijst geschreven. Dat betekent niet dat de discussie over de mogelijke nadelen van die methode niet mag worden nagedacht. Dat is immers een manier om naar een einddoel te komen waar jij als ekobyker, en ik waarschijnlijk gelijk over denken, nl aanpassing tussen bijen en varroamijten.
Als het denkbaar is dat de darrentraatmethode dit doel verder van huis brengt, dan moeten we daarover van gedachten wisselen, eventueel terughoudend zijn en wellicht andere wegen inslaan, als daarvoor goede argumenten aanwezig zijn.

Uit beperkt onderzoek blijkt dat de attractiviteit van het broed van de apis mellifera mellifera voor varroamijten lager is dan bij de in Nederland ingevoerde exoten. Daarnaast is er in toenemende mate onderzoek (oa Rosencrantz) waaruit blijkt dat veranderde vruchtbaarheid van mijten een rol gaat spelen als de mijten populatie groeit. Het is maar de vraag of een mijtenpopulatie in het darrenbroed wel ongeremd blijft groeien.

Jouw vraag is, wat moeten we dan wel doen als de relatief onschuldige darrenraat methode wordt bekritiseerd.
Onderzoeken of het wel zo is dat apis m.m. volken na verloop van 4 jaar, zonder uitzondering ten gronde gaan. Er zijn mij een aantal voorbeelden bekend waaruit blijkt dat dit niet vanzelfsprekend is.
Ik verzamel dergelijke voorbeelden en verneem graag ervaringen van andere imkers.

Je bent verder met me eens dat mijten in het darrenbroed weinig schadelijk zijn. Maar je merkt op dat een grote mijtenpopulatie de druk op het werksterbroed zal vergroten.
Ook daarbij is het de moeite waard waar te nemen wat onze bijen met geinfesteerd broed doen.
De apis cerana laat het broed van darren waarin de mijten zich gereproduceerd hebben ongeopend. Het wordt ook niet opgeruimd. Als zich teveel van dergelijke ongeopende cellen in de raten bevinden verlaten de bijen het nest en beginnen elders opnieuw. Het grote voordeel is dat zij op deze wijze niet in aanraking komen met de virussen die zich in gesloten cel bevinden. Vervolgens ruimt de wasmot de oude raat op. Wasmotten spelen dus ook een nuttige rol in het voortbestaan van bijen.
Als ekobyker moet het je aanspreken dat de wasmot deze rol vervult. Bij onze apis mellifera ruimen ze ook de oude raat op.
De trend in de imkerij is al jaren om door selectie juist de zwermtraagheid te bevorderen. In het licht van bovenstaande een twijfelachtige ontwikkeling, temeer omdat een broedstop bij de bijen de meest effectieve stop is op de ontwikkeling van de mijtenpopulatie.

Om ieder misverstand te vermijden, ik beweer niet dat onze Nederlandse bijen op dezelfde wijze als de apis cerana met varroa tot wederzijdse aanpassing kunnen komen. Ik hoop dat aanpassing mogelijk is, denk het ook, maar weet het niet. Ik pleit voor waarnemen, en daaruit de consequenties trekken.
Romée
My tinkt, dat Minne wat varroa en ekology oanbelanget ek noch wol it ien en oar opsmitte kin.

Piet Jager
Berichten: 2128
Lid geworden op: za 18 nov 2000, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Piet Jager » di 19 dec 2000, 21:34

Piet Jager
Deelnemer # 11
verstuurd 19-12-2000 17:34
--------------------------------------------------------------------------------
Als ik Romee goed beluister, dan is haar intentie om de A.M.M. een handje te helpen weer in het zadel te komen. Vanuit haar vertrouwen in de A.M.M. wil ze dan de natuur zoveel mogelijk haar werk laten doen. Je zou het kunnen verwoorden in de volgende stelling:
Stelling 1

PARASIETEN EN ZIEKTEVERWEKKERS zijn bijzondere vijanden, die bij het optreden van epidemieen door selectie en populatieverkleining de evolutie van de gastheren, maar door hun afweer ook hun eigen evolutie, sterk beinvloeden. Daarbij ontstaan vaak hoogresistente rassen/stammen. Dit geldt dus zowel voor de varroamijt, als ook voor het bijenvolk.

Als we deze weg op willen gaan, moeten we ons hier DUIDELIJK over uitspreken en de consequenties hiervan goed in beeld brengen.

Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Romée van der Zee » wo 20 dec 2000, 21:35

Romée van der Zee
Deelnemer # 2
verstuurd 20-12-2000 00:19
--------------------------------------------------------------------------------
Piet,
-Ik heb wel even moeten studeren op je stelling. Ik vind hem wat ingewikkeld geformuleerd. misschien kun je het nog wat bewerken.

-Het woord resistentie brengt mij in de war. Het drukt uit dat mijten en bijen weerstand tov elkaar zouden opbouwen. Als je daarmee bedoelt dat bijen en mijten zich zo aan elkaar aanpassen dat zij beiden overleven, dan ben ik het er wel mee eens. Dat is immers in beider belang. Resistentie, tolerantie, aanpassing, het zijn in elkaar overgaande begrippen waarover we al eerder met elkaar schreven.

-Ik wil eigenlijk niet verder gaan dan het duidelijk uitspreken dat onderzocht moet worden of aanpassing bij de apis m.m. mogelijk is.

-Zouden we niet met een flink aantal imkers, onder begeleiding van de Ambrosiushoeve, een praktijkonderzoek kunnen uitvoeren? Zou jij daar bv voor voelen? Ik zou het bovendien wel aardig vinden als tegelijkertijd imkers die liever met exoten werken hieraan zouden meedoen.

-Als dit tot resultaat leidt, dan maakt het de discussie binnen de imkerij heel wat makkelijker. Want daar hebben we het toch over?
Romée

Gebruikersavatar
Oude Essink
Erelid
Berichten: 3562
Lid geworden op: za 18 nov 2000, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Oude Essink » wo 20 dec 2000, 21:36

Oude Essink
Deelnemer # 10
verstuurd 20-12-2000 11:41
--------------------------------------------------------------------------------
Een praktische duit in het zakje:
Onderzoek naar een definitieve oplossing van het Varroa probleem, zoals door Romée voorgesteld, is uiteraard wenselijk en zelfs noodzakelijk; dit zal ongetwijfeld leiden tot een houdbare coëxistentie tussen bijen en mijt, zoals dat ook bij de apis cerana het geval is. De apis mellifera mellifera heeft in onze omgeving in haar zuivere vorm geen kans meer; onderzoeken bij allerlei rassen en combinaties daarvan leveren maar vage resultaten op, zolang er geen goede coördinatie is met een goed geformuleerde aanpak; echte resultaten pas op de zeer lange termijn en intussen moeten wij met onze huidige bij en mijt verder. Het wegvangen van grote aantallen mijten d.m.v. de darrenraatmethode (welke bezwaren je ook formuleert die even onzeker zijn als de voordelen) is in ieder geval iets; voorlopig te prefereren boven het zover laten komen dat de jonge bij zonder vleugels uit haar cel komt;want dat luidt het definitieve einde in. Ik ga derhalve met Minne Bonnema mee. Mijn aanpak is overigens niet zó rigoreus dat de ontwikkeling van het volk ernstig verstoord raakt of dat ik als imker met meerdere volken overspannen raak; Aan weerszijden in de broedkamer hang ik vanaf het vroege voorjaar een honingkamerraam in plaats van een broedk.raam; uitbouw met darreraat en beleggen met darrebroed gaat het hele seizoen door; gesloten broed wordt door mij telkens weggesneden; een stel egels achter in mijn tuin zijn er verzot op; darrenbroed, dat elders in het volk wordt aangezet laat ik ongemoeid; controle op het aantal mijten bij de inwintering bepaalt de verdere aanpak. Wintersterfte heb ik al jaren nauwelijks en verkreukelde bijen ook niet.
hart.groet hennie oes

Piet Jager
Berichten: 2128
Lid geworden op: za 18 nov 2000, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Darrenraat methode, tsja.

Bericht door Piet Jager » wo 20 dec 2000, 21:37

Piet Jager
Deelnemer # 11
verstuurd 20-12-2000 12:34
--------------------------------------------------------------------------------
Romée
Ja, een stelling is altijd wat compact. Je moet het geheel zien vanuit de evolutie, dus als één van de vele evolutiefactoren. In de stelling bedoel ik inderdaad '˜resistentie' in de meest eigenlijke betekenis van het woord en niet tolerantie en/of aanpassing.

De natuurlijke selectie speelt namelijk een beslissende rol als evolutiefactor, daar zij onbruikbare mutanten en gencombinaties terugdringt zonder echter een soort geheel te elimineren. Daar de selectie het overleven van de meest geschikte organismen vereist, verschuift zij als richtende factor kwantitatief de genvoorraden binnen de populatie, waardoor zij het relatieve aantal nakomelingen van een door selectie bevoordeelde genotype tegenover andere verhoogt. Daarmee ontstaat dan een SELECTIEDRUK.

Tolerantie en/of aanpassing veronderstelt een verdraagzame samenleving. Dat is dus geheel anders. Dat is mij niet stabiel genoeg en is soms aan grote schommelingen onderhevig.

De grote vraag blijft natuurlijk of wij bovengenoemde evolutiefactor kunnen nabootsen of anderszins kunnen bewerkstelligen. Dit geldt niet alleen voor de A.M.M., maar evengoed voor de A.M. Carnica en de Buckfastbijen c.q. imkers. Dat jij de A.M.M. als uitgangssituatie wil gebruiken is begrijpelijk en ligt natuurlijk voor de hand, gezien het feit dat deze nog het minst is gecultiveerd.

Kortom: Het gaat niet om de A.M.M., maar om de factor '˜resistentie'. In jouw geval gaat het om de factor tolerantie, daar verschillen we dus van mening.

Voor mij geldt:
resistentie = ja
tolerantie en/of aanpassing = nee

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 37 gasten