Hier weer een tussenstand van mijn bevindingen! Het teelt seizoen loopt al weer aardig op zijn einde. Begin dit jaar melde ik dat er in Duitsland geëxperimenteerd werd met de celmaat, na eigen onderzoek denk ik dat de sleutel daar niet ligt. Men beweerde dat de natuurlijke celmaat 4.8 mm was, en in deze celmaat minder besmetting met varroa gaf. De kunstraat die nu verkocht wordt zit tussen 5.4 en 5.6 mm. Op 5 km van een van mijn standen woont een bejaard stel dat al 30 jaar bijen heeft. Ze laten ze gewoon hun gang gaan, en worden nergens voor behandeld. Ze hebben gemiddeld zes volken. Half juni heb ik alle volken een keer door mogen kijken. Ik heb bijna alle ramen (celmaat) gemeten en deze zaten tussen 5.4 en 5.6 mm. Ze zaten barstens vol en enkele stonden op zwermen. Maar waar ik ook zocht geen varroa's en geen mismaakte werksters!!!! Bij de vraag of ze wel last hadden van varroa's werd mij gevraagd wat varroa's waren. Deze bijen hebben hun eigen weerstand opgebouwd tegen de varroa's. Ze staan ook niet geïsoleerd, er wonen namelijk meerdere Imkers in de omgeving. Hieruit blijkt dat natuurlijke selectie zeker mogelijk is. En dat een kleinere celmaat (4.
geen extra voordelen heeft. Een tweede waarneming wil ik jullie zeker niet onthouden, ik heb vorig jaar van Marken larven van de Lamarkii gekregen en deze in gekruist, deze staat bekent om zijn kortere broed periode. Dit jaar kon ik dat bij mijn nageteelde koninginnen merken, ze kwamen gemiddeld 20 uur eerder uit dan andere koninginnen. Deze waarneming is wel leuk maar de waarneming wat dat voor het werkster broed inhoud is veel interessanter. Bij het overlarven van een raam (JP0198) waar ook al veel gesloten broed in zat en ook uitlopend broed bemerkte ik een werkster die net uit de cel kroop met vervormde vleugels, ik larf onder de microscoop over dus kon ik meteen eens onderzoeken of er varroa's in het spel waren. Op de werkster zat een volwassen varroa en onder in de cel zaten twee half volgroeide varroa's die nog helmaal wit van kleur waren en nog maarslecht konden lopen. Ook het werkster broed komt een dag eerder uit en zorgt dat de jonge varroa's nog niet volledig ontwikkeld zijn. Deze zijn bij het reinigen van de cellen snel te doden en te verwijderen door de werksters. Dit voorval maakte mij nieuwsgierig, bij controle van andere ramen met veel uitlopend broed, bleek bij onderzoek onder de microscoop zo hier en daar een vervormde werkster uit te lopen, met de volgende waarnemingen: een cel met een uitlopende vervormde werkster met twee dode varroa's en geen nazaten?, meerdere cellen met een varroa's en een tot drie halfvolwassen larven (wit) enkele hiervan waren zelfs pas op ¼ van de grote, en er waren maar enkele cellen waar een volwassen wijfje in zat met volledig uitgegroeide jongen, maar nog met een heel licht gekleurd pantser, die nog erg zacht was. Een maal zat er een normaal ontwikkelde werkster bij, die zag er gezond en wel uit, toch bij controle zat ook hier een volwassen varroa en twee half ontwikkelde jongen in de cel.( deze varroa had de werkster niet vervormd) Alle waarnemingen zijn onder de microscoop gedaan door de uitlopende werkster te helpen bij het uitlopen door met een overlarfnaald het celdeksel verder te openen. Een andere constatering is dat na het verlaten van de cel de werksters direct deze cel induiken om hem te reinigen. Onder in elke cel die uitloopt ligt namelijk ook een beetje taaien ontlasting. In dit volk kan je ondanks deze constatering geen varroa's met het blote oog ontdekken. Bij de Alkohol-Wasch-Methode bleken op de 250 werksters uit het broednest genomen 18 varroa's te zitten, dan spreek je van 7.2 % op de honderd bijen. Voor uitleg over de Alkohol-Wasch-Methode kijk onder dit bericht op de pagina, ziekten en bestrijding. Groeten Joost Peschier
En het stukje over de alkohol was methode onder: Alkohol-Wasch-Methode
Die Alkohol-Wasch