Bericht
door henkvanderscheer » di 14 nov 2006, 11:25
Verdwijnziekte: oproep tot diagnostisch onderzoek
In de afgelopen weken zijn de verantwoordelijke bestuurders van de imkerorganisaties door meerdere imkers opgeroepen om eens wat te doen aan, c.q. te zeggen over, de verdwijnziekte. Er iets aan doen kunnen Marcel Simon en ik niet of nauwelijks, maar er iets over zeggen wel. Bij deze dus iets van mij. En een vervolgverhaal mag u volgend voorjaar verwachten in de opvolger van 'Bijen'.
De verdwijnziekte treedt op in de zomer en herfst. Kenmerkende symptomen in de zomer zijn het niet goed ontwikkelen/groeien van volken. Op het oog duidelijke ziektesymptomen ontbreken. Wel zijn er relatief veel krabbelaars voor de kast te vinden. Dat zijn bijen die niet meer kunnen vliegen, maar er verder normaal uitzien. In de nazomer en herfst neemt de omvang van dergelijke volken duidelijk af. Ze worden kleiner, ze verdwijnen en de bijen sterven voortijdig. Dergelijke volken worden gemakkelijk slachtoffer van beroven door buurvolken. Niets nieuws, ook vroeger kwam verdwijnziekte regelmatig voor.
In Frankrijk en Wallonië zijn de imkers er in de afgelopen jaren vast van overtuigd geraakt, dat de oorzaak van die verdwijnziekte ("troubles des abeilles") gezocht moet worden bij vergiftiging door het insecticide imidacloprid dat als handelsproduct bekend is onder de namen Gaucho en Admire. Zaaizaad van o.a. zonnebloemen, mais en koolzaad wordt daarmee behandeld en de bijen komen daarmee in contact als de planten uit die zaden stuifmeel vormen en nectar geven. Dat bestrijdingsmiddel gaat dus systemisch door de hele plant heen om insectenvraat tegen te gaan. In de concept-tekst van een onderzoeksverslag van AFSSA, de Franse Voedsel en Warenautoriteit, staat echter heel wat anders te lezen. In de periode 2002-2005 enquêteerde die dienst imkers in vijf departementen en bemonsterde jaarlijks regelmatig 125 volken om dode bijen, bijenbroed, stuifmeel en nectar te analyseren op aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen, ziektekiemen en ziektesymptomen. De dienst concludeert dat veel imkers hun volken slecht verzorgen. Ziekten als AVB en EVB komen voor zonder dat de imkers de symptomen herkennen. In veel gevallen komen er grote aantallen Nosema-sporen en virussen voor zonder dat deze ziektesymptomen veroorzaken. Volgens AFSSA laten veel te veel imkers de volken aan hun lot over in de lange drachtloze periode tussen de bloei van het koolzaad en de bloei van zonnebloemen. Koninginnen raken van de leg en de volken krimpen in omvang. Niks imidacloprid, maar slechte verzorging is de oorzaak van de "troubles des abeilles", aldus het concept-rapport!!?
Siede en Büchler, onderzoekers van het Bijeninstituut Kirchhain, schrijven dat Nosema in combinatie met virussen de waarschijnlijke oorzaak is van de verdwijnziekte en niet varroa. De endeldarm van de krabbelaars zag wit van de Nosema-sporen en daarnaast werden in de krabbelaars verschillende virussen gevonden. In alle gevallen was daar het zwarte koninginnencelvirus bij. Al meer dan 25 jaar geleden toonden onderzoekers in Engeland aan dat een combinatie van Nosema en het zwarte koninginnencelvirus de levensverwachting van de bijen sterk bekort.
De verdwijnziekte lijkt op wintersterfte van volken. Ook die verdwijnen, maar op een ander tijdstip: in de winter of het vroege voorjaar. Daar lijkt een combinatie van varroa en virussen de oorzaak te zijn van het verdwijnen, c.q. sterven van volken. Ook van die combinatie is uit onderzoek in Denemarken door Brödsgaard en medewerkers bekend, dat deze de levensverwachting van de bijen bekort.
Wilt u duidelijkheid over de oorzaken van de verschijnselen die uw bijenvolken vertonen, dan volstaat het houden van enquêtes niet, maar is diagnostisch onderzoek nodig. In dat geval moet een onderzoeksinstituut monsters onderzoeken van krabbelaars, broed, dode bijen, lege raten en wat dies meer zij. U en ik betalen PPO-Bijen, via de bijenhoudersorganisaties, om dat soort onderzoek te doen. Ze zijn daar ook bezig om virussen te kunnen detecteren. Daarvoor heb je zogenaamde PCR-primers nodig en die gaan aangemaakt worden. Deze winter moet dat gaan lukken. Neem in voorkomende gevallen eens contact op met PPO-Bijen en vraag wat ze kunnen en willen hebben. Ze zullen u zeker helpen. Daar worden we met z'n allen wijzer van.
Henk van der Scheer
hoofdbestuurslid NBV en tot de ALV in 2007 mede-voorzitter van de NBV-commissie Bijengezondheid