Prachtig debat Theo, dat noem ik dieper ingaan op de zaak.
Wat de krabbelaars in juli betreft vind ik het heel normaal dat zij er zijn op een ogenblik dat zowel de bijenpopulatie als de varroa op een hoogtepunt staan. Ik zou het dan ook abnormaal vinden dat er tussen die 50000 à 70000 bijen van dat ogenblik geen krabbelaars zouden zitten. In zo'n populatie ga je onvermijdelijk uitschot hebben, maar de grote meerderheid is toch in ideale drachtomstandigheden groot gebracht wat we van de volgende generaties niet meer kunnen zeggen.
Is het net niet dat wat er bij de jonge volken gebeurd? Zijn zij het niet die in het voorjaar geen grote hoeveelheid kwalitatief stuifmeel hebben verzameld? Zijn zij het niet die het met het mindere stuifmeel van de zomer en het najaar moeten uitzingen? Toch halen zij het einde van de winter.
Dat zij het voorjaar halen heeft volgens mij te maken met de goede reserves die ze al dan niet hebben kunnen opbouwen. Natuurlijk moeten ze ook gedurende het najaar in leven zien te blijven door het rechtstreekse gebruik van het bestaande aanbod en niet al dadelijk in hun reserves duiken.
Dit laat me besluiten dat we ergens de virus besmetting moeten voorkomen. Kan dit door in op een bepaal tijdstip te kiezen voor een broedloze periode omdat op dat ogenblik de virussen door de gunstige omstandigheden vitaler zijn? Wordt op die manier de infectie vermindert?
En dan komen we tot wat ik heb geschreven :
- we moeten de sterftefactoren zo veel mogelijk vermijden of beperken
- we moeten imkermethodes toepassen die zoveel mogelijk het stuifmeel in het volk houden
Het is zelfs aan te raden om in een periode dat de volken niet behandeld kunnen worden (honingproductie) de factor 'varroa' en de daarbij horende 'virus' factor in te dijken met b.v. darrenraatmethode of het beperken van het broednest.
Ik pas al jaren een verkapte Renson methode toe waarmee 2 troeven bereikt worden :
- je houdt de factor varroa beperkter dan bij grote broednesten op een ogenblik dat er grote aantasting van die kant kan komen
- half juli wanneer de moer weer naar de benedenbak mag (broedbak DB) om daar aan de slag te gaan, zit die onderbak voor 1/2 gevuld met opgeslagen goed stuifmeel waar ze een hele tijd op kunnen teren
Dat is mijn werkwijze om tegemoet te komen 1) aan het stuifmeelaanbod; 2) varroa-aanpak.
Varroa is belangrijk, maar vergeet niet alle andere factoren.
Er zijn heel wat imkers die geen zware varroadruk kennen of die met zomerafleggers of zwermen die behandeld werden bijna varroaloos het najaar ingaan en toch afval kennen onder die volken.
Alvast bedankt voor de bijdrage.