Meningen en bevindingen over de bijensterfte
Geplaatst: vr 04 apr 2008, 16:30
Mening en bevinding over de mondiale bijensterfte
De soort Apis Meliffera omvat vele ondersoorten en rassen. Toch behoren ze genetisch tot dezelfde soort. Op grote schaal vindt wereldwijd koninginneteelt plaats in het kader van dierveredeling op basis van commerciële teeltprogramma's. Selectie, gecontroleerde paring en kunstmatige inseminatie dienen er voor te zorgen, dat gewenste en doelmatige eigenschappen worden verkregen en behouden. Natuurlijke selectie is niet meer rendabel en dient derhalve plaats te maken voor menselijk ingrijpen bij de sturing van de genetische samenstelling van het erfelijk materiaal.
Aangezien de bijenteelt een nog jonge tak is in de dierveredeling en bijen in het dierenrijk - als insecten - een geheel eigen plaats innemen, is iedere gecontroleerde paring vooralsnog een genetisch experiment. Hoewel de vererving in de bijenteelt veelal anders verloopt dan bij onze landbouw/-huishouddieren, volgt men in grote lijnen het patroon van reinteelt en hybridenteelt om tot de gewenste eigenschappen te komen.
Reinteelt is en sterke vorm van inteelt, die men later gedeeltelijk probeert op te heffen door de 2 afzonderlijke inteeltlijnen met elkaar te kruisen. Ook al gebeurt zo'n kruising tussen inteeltlijnen van 2 verschillende rassen (hybride-kruising), dan moet men zich toch realiseren dat ze genetisch tot dezelfde soort behoren.
Alle genen vererven in paren. Als deze ongelijk zijn spreekt men van heterozygoot, als ze indentiek zijn spreekt men van homozygoot. Een enkel genenpaar kan door een gemeenschappelijk voorouder homozygoot worden. Recessieve eigenschappen (eigenschappen die overheerst worden door dominante eigenschappen) komen alleen tot uiting als een organisme homozygoot is voor die eigenschap. Ingeteelde organismen vertonen vaak degeneratieverschijnselen door homozygotie. Een groot deel van de genen is homozygoot, een klein deel is heterozygoot, dit deel bepaalt de specifieke eigenschappen van de bijen waarmee we werken.
Kruising brengt onverwante lijnen samen. Dit bevordert de heterozygotie en de genetische diversiteit. Het maskeert de aanwezigheid van recessieve genen en bevordert hun uitbreiding door maskering van hun eigenschappen. Door het heterosis-effekt is het niet ongewoon om in de eerste generatie topvolken te krijgen (vgl. onze legkippen, mestvarkens, stamboekvee (zowel paarden, koeien als schapen)
We kennen allemaal het verschijnsel hagelschotbroed wat bij inteelt van honingbijen kan optreden (genetisch hagelschot). Dit is een merkbare vorm van inteelt, maar er is ook een normale vorm van inteelt die zich kenmerkt in een meer sluipend verlies aan vitaliteit, zonder dat het uiterlijk van het broed wordt aangetast. Broeder Adam noemde deze laatste vorm het gevaarlijkst, omdat ze namelijk niet te zien is aan het uiterlijk van het broednest. Inteelt resulteert in het algemeen in een verlies aan genetische diversiteit door geografische isolatie of door fok of kweek.
In de bio-industrie maakt men masaal gebruik van reinteelt, hybrideteelt en heterosiseffect om tot goeie productiedieren te komen. Ze hebben veelal hetzelfde genenpatroon. Ze zijn hoogproductief, maar ook ziekte gevoelig. Door allerlei entschema's, medicamenten, zorgvuldige hygiene, alsmede hun korte levensduur is dit economisch rendabel. Maar als 1 dier omvalt, vallen ze allemaal om. Dat is de andere kant van de medaille. Dat laatste hebben we nog niet in onze bijenteelt, alhoewel het er zo langzamerhand wel op begint te lijken. Willen we dat eigenlijk wel?
De oorzaak van de wereldwijde bijensterfte is, volgens mij, een verminderde weerstand van de honingbij door de darrenraatmethode, roofbouw, herbiciden, pesticiden en genetische manipulatie, waardoor virussen vrijspel krijgen. Het gesleep van bijen all over the world en lokaal: reizen, verenigen, de uitwisseling van teeltmateriaal, omlarfprojecten, bevruchtingsstations, etc bevorderen de insleep en verspreiding van virussen. In de virusoverdracht
De soort Apis Meliffera omvat vele ondersoorten en rassen. Toch behoren ze genetisch tot dezelfde soort. Op grote schaal vindt wereldwijd koninginneteelt plaats in het kader van dierveredeling op basis van commerciële teeltprogramma's. Selectie, gecontroleerde paring en kunstmatige inseminatie dienen er voor te zorgen, dat gewenste en doelmatige eigenschappen worden verkregen en behouden. Natuurlijke selectie is niet meer rendabel en dient derhalve plaats te maken voor menselijk ingrijpen bij de sturing van de genetische samenstelling van het erfelijk materiaal.
Aangezien de bijenteelt een nog jonge tak is in de dierveredeling en bijen in het dierenrijk - als insecten - een geheel eigen plaats innemen, is iedere gecontroleerde paring vooralsnog een genetisch experiment. Hoewel de vererving in de bijenteelt veelal anders verloopt dan bij onze landbouw/-huishouddieren, volgt men in grote lijnen het patroon van reinteelt en hybridenteelt om tot de gewenste eigenschappen te komen.
Reinteelt is en sterke vorm van inteelt, die men later gedeeltelijk probeert op te heffen door de 2 afzonderlijke inteeltlijnen met elkaar te kruisen. Ook al gebeurt zo'n kruising tussen inteeltlijnen van 2 verschillende rassen (hybride-kruising), dan moet men zich toch realiseren dat ze genetisch tot dezelfde soort behoren.
Alle genen vererven in paren. Als deze ongelijk zijn spreekt men van heterozygoot, als ze indentiek zijn spreekt men van homozygoot. Een enkel genenpaar kan door een gemeenschappelijk voorouder homozygoot worden. Recessieve eigenschappen (eigenschappen die overheerst worden door dominante eigenschappen) komen alleen tot uiting als een organisme homozygoot is voor die eigenschap. Ingeteelde organismen vertonen vaak degeneratieverschijnselen door homozygotie. Een groot deel van de genen is homozygoot, een klein deel is heterozygoot, dit deel bepaalt de specifieke eigenschappen van de bijen waarmee we werken.
Kruising brengt onverwante lijnen samen. Dit bevordert de heterozygotie en de genetische diversiteit. Het maskeert de aanwezigheid van recessieve genen en bevordert hun uitbreiding door maskering van hun eigenschappen. Door het heterosis-effekt is het niet ongewoon om in de eerste generatie topvolken te krijgen (vgl. onze legkippen, mestvarkens, stamboekvee (zowel paarden, koeien als schapen)
We kennen allemaal het verschijnsel hagelschotbroed wat bij inteelt van honingbijen kan optreden (genetisch hagelschot). Dit is een merkbare vorm van inteelt, maar er is ook een normale vorm van inteelt die zich kenmerkt in een meer sluipend verlies aan vitaliteit, zonder dat het uiterlijk van het broed wordt aangetast. Broeder Adam noemde deze laatste vorm het gevaarlijkst, omdat ze namelijk niet te zien is aan het uiterlijk van het broednest. Inteelt resulteert in het algemeen in een verlies aan genetische diversiteit door geografische isolatie of door fok of kweek.
In de bio-industrie maakt men masaal gebruik van reinteelt, hybrideteelt en heterosiseffect om tot goeie productiedieren te komen. Ze hebben veelal hetzelfde genenpatroon. Ze zijn hoogproductief, maar ook ziekte gevoelig. Door allerlei entschema's, medicamenten, zorgvuldige hygiene, alsmede hun korte levensduur is dit economisch rendabel. Maar als 1 dier omvalt, vallen ze allemaal om. Dat is de andere kant van de medaille. Dat laatste hebben we nog niet in onze bijenteelt, alhoewel het er zo langzamerhand wel op begint te lijken. Willen we dat eigenlijk wel?
De oorzaak van de wereldwijde bijensterfte is, volgens mij, een verminderde weerstand van de honingbij door de darrenraatmethode, roofbouw, herbiciden, pesticiden en genetische manipulatie, waardoor virussen vrijspel krijgen. Het gesleep van bijen all over the world en lokaal: reizen, verenigen, de uitwisseling van teeltmateriaal, omlarfprojecten, bevruchtingsstations, etc bevorderen de insleep en verspreiding van virussen. In de virusoverdracht