Hier het meest recente bericht over de herbeoordeling van het Ctgb van neonicotoiden in
Nieuwsbrief van PlantumNL Editie 8, 31-8-2011:
Herbeoordeling Ctgb neonicotinoïdenafgerond
Zoals eerder in de nieuwsbrief vermeld heeft alle aandacht in de politiek en media over bijensterfte, en het mogelijke verband met gewasbeschermingsmiddelen, geleid tot een herbeoordeling van een aantal toegelaten middelen. Het gaat om de stof fipronil (Mundial) en de neonicotinoïden Imidacloprid (producten zoals Admire en Gaucho), thiamethoxam (Cruiser, Actara) en chlothianidine (Poncho). In juli heeft het Ctgb deze herbeoordeling afgerond en er over gerapporteerd aan de Staatssecretaris van EL&I. De algemene conclusie die wordt getrokken is dat niet kan worden geconcludeerd dat neonicotinoïden en fipronil aantoonbaar significant bijdragen aan de achteruitgang van de bijenstand. De Staatssecretaris gaat twee aanvullende onderzoeken op dit gebied financieren. Verder is de belangrijkste uitkomst van de Ctgb-herbeoordeling dat er geen toepassingen worden verboden, maar dat een dertiental middelen wel strengere gebruiksvoorschriften krijgen. Deze voorschriften liggen met name op het gebied van driftreductie en wachtperiodes tot het inzaaien van volggewassen die aantrekkelijk zijn voor bijen. Op
http://www.ctgb.nl zijn de gewijzigde voorschriften te vinden alsmede de (voorlopige) lijst met voor bijen aantrekkelijke gewassen. EL&I heeft aangekondigd nog een voorlichtingsbijeenkomst te organiseren voor het bedrijfsleven om de gewijzigde gebruiksvoorschriften toe te lichten en te wijzen op het belang van naleving. Voor zaadbehandeling is een belangrijke conclusie dat risico’s door stofdrift bij de Nederlandse toelatingen niet aan de orde zijn. Er zijn wel een aantal wijzigingen in de gebruiksvoorschriften. Bijv. bij gebruik van Cruiser en Gaucho Tuinbouw behandeld zaad moet de teler een bepaalde periode wachten voordat er weer voor bijen aantrekkelijke gewassen mogen worden gezaaid of geplant. En bij koolplanten uit Mundial behandeld zaad moet de teler geïnformeerd worden dat bladluizen goed bestreden moeten worden, zodat er geen honingdauw wordt gevormd waar bijen op af zouden kunnen komen. In sommige gevallen zouden de voorschriften tot knelpunten in een teelt of bouwplan kunnen leiden. We kijken daaromin overleg met de gewasbeschermingsmiddelenfabrikanten of nog verandering of verdere verfijning van de gebruiksvoorschriften mogelijk is. Verder vindt ook vanuit het bedrijfsleven (extra) voorlichting plaats over het juist inzetten van gewasbeschermingsmiddelen, zodat bijen worden ontzien. LTO raadt de telers aan geïntegreerd te werk te gaan, met als eerste aandachtspunt het (door ons van harte ondersteunde) advies waar mogelijk voorkeur te geven aan zaadcoating of plantbehandeling boven gewasbespuitingen. Het volledige advies is te vinden op
http://www.lto.nl.
Pieter