jroozenburg schreef:Borstplaat recept staat op imkerpedia (borstplaat)
De "borstplaat" recept van Imkerpedia is min of meer als volg:
Neemt 0.75 kg water, maakt het aan de kook, en laat 4.25 kg suiker erin loopen. Dan langzaam roeren totdat het ongeveer vloeibaar is.
Voor een echte borstplaat recept moet er twee dingen vermeld worden: de kooktemperatuur, en de verhouding van de droge of niet-water ingrediënten.
De hoeveelheid water is niet belangerijk (je kunt met heel veel of heel weinig water beginnen -- het maakt echt niet uit, maar met veel water duurt het langer, en met weinig water heb de je gevaar van caramelisering). Je kookt de suikerwater tot je de juiste temperatuur bereikt. Voor borstplaat is de ideale temperatuur rond 115/117 °C. Bij 115 °C blijft er nog 15% water over; bij 117 °C blijft er nog 13% water over). Je kunt er een zuur toevoegen, dan krijg je meer glucose en fructose, maar ook meer HMF. Je kunt er ook een hoeveelheid glucose toevoegen, dan ontstel je de evenwicht van de sucrose en dan eindigd je met méér glucose dan je eraan heeft toegevoegd (maar ook weer een hoeveelheid HMF).
(Het probleem met de meeste borstplaat recepten op het internet is dat er vet in de recepten zit (boter, melk, enz.) en dat heeft gevolgen voor de juiste kooktemperatuur. Je kunt niet somaar een boterborstplaat recept gebruiken en de boter gewoon weglaten.)
Ik probeerde al een aantal jaren om borstplaat te maken, maar ik heb dit jaar het meeste success. Mijn recept is:
- 3 kg suiker
- 1 kg kokend water (meer of minder is ook oke)
- 100 g glucosestroop (de Turk verkoopt het als honingvervanger) (een eetlepel vol)
(De glucosestroop is optioneel. Het is voor als je meer fructose wil hebben, maar dat leidt weer tot HMF -- ik weet echter niet hoeveel HMF.)
Los de suiker zo snel mogelijk op in de water, maar de mix moet niet koken voordat al de suiker is opgelost (gebeurt het wel, dan ontstaat er caramelisering, en dat is niet ideaal voor bijen). Ik vind dat als ik de water kookt voordat ik suiker bijdoet, dan gaat het vaak goed. Zodra de suikerwater kookt, niet meer roeren, en meet de temperatuur nu en dan. Hoe sneller je de juiste temperatuur bereikt, hoe minder HMF. Bij min of meer 115/116/117/118 °C, haal van de gas en laat het afkoelen (zo snel of langzaam als je wilt). Wacht tot de temperatuur 60 °C is, dan uitgieten op een opdienblad en roeren met een houte lepel (of je handen, maar dan moet het ECHT onder de 60 °C zijn) totdat het schielijk wit word (geen zorgen als het in een rare vorm hard worden). De volgende dag, als de borstplaat koud is, maak je er kleine ballen van (een weegschaal is handig) -- ik maak ballen van 500 g. Plet de ballen en leggen ze bovenop de tros onder de tafelzeil.
Als er voldoende voer in de kast is, en het is koud, zullen de bijen de borstplaat voor het meest negeren. Je kunt het dus als test gebruiken (-: Al om de twee weken controleren of er aan de borstplaat wordt gepeuseld.
==
Joustra schrijft in "
Het Bijenboek" in 1934 over borstplaat, maar het is duidelijk dat zijn borstplaat en de "borstplaat" van Buitenhof (Imkerpedia) twee totaal verschillende dingen zijn.
Als je de borstplaat van Buitenhof "even in water te dompelen" dan valt er bijna gegarandeerd stukken van af. Joustra doet ook de water dompelen aanbeveling, maar dat kan, met zijn borstplaat, die hetzelfde textuur als babbelaars heeft (zeer hard).
Joustra's recept for borstplaat:
Men neemt hiervoor een hoeveelheid suiker, welke men in een pan doet, met een kleine hoeveelheid water. Op het vuur wordt deze suiker tot koken gebracht. De massa is voor het maken van borstplaten gereed, indien het mengsel zo taai is, dat men zgn. draden trekken kan.
Met andere woorden, Joustra's borstplaat kookt je tot ongeveer 133-144 °C. Je kunt het in water dompelen en de water druppelt er gewoon van af.
Schotman schrijft in "
Handboek der moderne Bijenteelt" in 1947 ook over borstplaat. Schotman's recept for borstplaat:
Men begint daarom met meer water en verdampt dit door te koken, dus met ongeveer 3 suiker op 1 water. Men doet de suiker in de pan en giet er de afgemeten hoeveelheid water kokend op. ... Men roert net zoo lang tot de laatste kristallen zijn opgelost en de vloeistof geheel helder en doorzichtig is geworden. Men kookt door, met de thermometer in de vloeistof, tot een temperatuur van 114-118 °C, ofschoon de eerstgenoemde temperatuur te laag is en borstplaat geeft, die te zacht is en boven den bijentros week wordt en omlaag valt. Is het juiste punt bereikt, dan laat men de stroop afkoelen. ... De stroop begint iets ondoorschijnend te worden. De temperatuur is dan ongeveer 38-43 °C. Men roert dan zeer rachtig, waarbij de vloeistof een melkachtig voorkomen krijgt en stijver wordt. Voor zij nu te stijf wordt, moet men ze in de vormen doen.
Schotman noemt niet de water dompelen truuk, maar dat zou ik ook niet doen met borstplaat die tot alleen 118 °C is gekookt, want dan word het zeer plakkerig/kleverig.