De lindedracht

[Erik Speksnijder]

18-8-2001 no 104
verstuurd 10-07-2001 19:52
--------------------------------------------------------------------------------
Hoi Han,
Volgens mij haal jij in je verhaal 2 dingen door elkaar. Als je geen broed aantreft wil dit toch nog niet zeggen, dat er geen goede, jonge bevruchte moer in je kast rond kan lopen.
Bij goede dracht kan alle beschikbare ruimte zo vlot opgevuld worden met honing, dat de jonge moer danig in haar legvermogen beperkt wordt. Dit wil echter nog niet zeggen dat ze, als deze ruimte wel beschikbaar komt (slecht weer, na het slingeren), ze niet als nog aan haar inhaalrace begint.
Ik kijk zelf altijd naar het gedrag van de bijen. Als de bijtjes tevreden/rustig over de raat lopen en het bekende gezoem ten gehore brengen, kun je er (ook al zie je geen broed) van overtuigd zijn, dat alles in orde is. Zie je daarentegen bij het openen van de kast dat de bijen onrustig zijn (en hoor je een bruisend gezoem), neem dan bij het ontbreken van broed het zekere voor het onzekere en hang een raampje eitjes van een buurvolk in. Heb je met een moerloos volk te maken, dan zal het volk hier redcellen op optrekken.

[Piet Jager]

18-8-2001 no11
verstuurd 10-07-2001 20:43
--------------------------------------------------------------------------------
Beste Han,

Jij schreef: "In elke kast laat ik meerdere jonge moeren inlopen."

P.J. - Het kan zijn dat hier de oorzaak ligt van jouw moerloosheid. Mijn vraag aan jou is: "Hoeveel is 'meerdere'?"

Vroeger liet ook ik meerdere jonge moeren inlopen. Dat was in de tijd van de 'zwarte bij'! Dat ging vaak nog goed ook. Zelfs op de bijencursus en in de boeken werd/wordt dit gezegd. Men gaat er van uit dat de sterkste vanzelf overblijft. Maar hoevaak moet de sterkste het opnemen tegen meerdere moeren?

Heb je wel eens zo'n strijd op leven en dood 'bekeken'? Heb je weleens gezien hoe gehavend de overgebleven moer soms uit zo'n strijd te voorschijn komt? Als je dit een keer hebt aanschouwd doe je dat, net als ik, nooit weer!

Onze huidige Carnica's en Buckfast zijn nog piepjong en geen miljoenen jaren overlevingstactiek/techniek machtig. Zij zijn geteeld als zachtaardige productiemoeren met alles wat daaraan vast zit. Laat voortaan alleen de 'tuter' leven en a.u.b. geen meerdere moeren meer inlopen.

Putterpiet

[Han Geltink]

De lindedracht.

Nu de lindedracht op zijn einde loopt ben ik vandaag gaan slingeren. Na enige keren nieuwsgierig even de dekplank te hebben gelicht zag het er allemaal veel belovend uit. Dikke spekraten, waarvan vele geheel of gedeeltelijk verzegeld.
Bij het afnemen van de honingkamer werd tevens gecontroleerd of de jonge moer aan de leg was. De eerste kast was moerloos maar alle ruimte was verhonigd. Alle 5 mijn hoofdvolken zijn op dit moment moerloos. Hierover nadenkend kwam ik tot de volgende conclusie waarover ik graag uw mening wil horen:
Mijn bijenvolken mogen in de zwermtijd gewoon zwermen. Vrijwel alle voorzwermen worden geschept aangevuld met voorzwermen uit deze of gene tuin in mijn wijde omgeving. Nadat de voorzwerm is afgekomen wordt enkele dagen later, (tuten en kwaken) doppen gebroken en aan jonge moeren hun vrijheid gegeven. In elke kast laat ik meerdere jonge moeren inlopen. Ik hanteer het principe dat bijen het miljoenen jaren zonder de mens hebben kunnen voortleven dus waarom zal ik een kast openmaken als ik aan de buitenkant de stand van zaken kan waarnemen. Dit keer ging het dus mis. Na een dag of 10 na het inlopen van de jonge moeren voelden de dekplanken weer warm aan dus mijn conclusie was, dat het moertje aan de leg is geraakt. In de periode van de bruidsvluchten was er voldoende te halen en de bloei van de linde aanstaande. Het was droog, zonnig met temperaturen boven de 20 graden. Volgens mijn visie waren de jonge moeren al volop aan de leg op het moment dat de lindebomen begonnen te bloeien. Niets is minder waar, een zware lindedracht zoals bij mij in de directe omgeving, geeft de jonge moer geen redelijke kans om een goede start te maken. De volken zijn moerloos geworden omdat de dracht alles overheerst. Het resultaat 5 zware bijenvolken met veel slingerbare honing maar geen leggende moeren of helemaal geen moeren meer. Ik heb niet meer naar de jonge moeren gezocht.

Nieuwsgierig geworden controleerde ik hierop mijn voorzwermen, als mijn theorie zou kloppen moeten mijn voorzwermen volop in het broed zitten plus de nodige honing. Deze veronderstelling klopte. Frans van Tongeren zou zeggen dat de moertjes naar me zaten zwaaien van plezier. Deze oude moeren hebben gesloten broed en voldoende "heersgedrag" om de haaldrift van het volk binnen de perken te houden en zodat het normale evenwicht onder alle omstandigheden binnen het volk gehandhaafd blijft. De jonge moeren zonder overwicht zijn het slachtoffer geworden van de haaldrift binnen het volk. De hoeveelheid volken op mijn bijenstal is in één klap tot voor mij normale proporties teruggebracht, waar ik overigens niet rouwig om ben.

Conclusie: Jonge moeren moeten volop aan de leg zijn en gesloten broed hebben willen zij een zware dracht overleven of'¦. een te verwachten zware dracht kost je (te) jonge koninginnen.

Hoe nu verder:
Er zijn meerdere oplossongen denkbaar maar voor mij liggen twee wegen open:
a. verenig de moerloze volken met de beschikbare voorzwermen. Het gevolg is, mijn inziens, voor mij is dit een (te) grote ingreep in nog sterk halende volken en
b. laat alles zoals het is, de ogenschijnlijk moerloze volken zullen de komende weken snel in grootte afnemen en misschien ziet een nog aanwezige jonge moer haar kansen schoon om een doorstart te maken. Ondertussen blijven deze volken de nodige honing halen. Later kunnen we altijd nog verenigen of af laten vliegen.

Graag een reactie,
Han Geltink

[Han Geltink]

18-8-2001 no60
verstuurd 12-07-2001 15:13
--------------------------------------------------------------------------------
Als reactie op de vraag hoeveer jonge moeren ik laat inlopen kan ik zeggen altijd 2 of meer. Dit gaat bij mij altijd prima. Of de theorie werkt dat bij het beschikbaar komen van ruimte voor de moer om weer te gaan leggen is voor mij nieuw. Ik wacht gewoon af en besluit met de mededeling dat er erg, erg veel lindehoning was te slingeren dit jaar.
Han Geltink