beleidsplan 2002 VBBN

Tijdschriften, activiteiten, nieuw beleid, fusies, pr enz.
Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:
beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:11

BELEIDSPLAN


VBBN


2002

Vereniging tot Bevordering der Bijenteelt in Nederland
sinds 1897


VBBN Wageningen
januari 2002


inleiding

Dit beleidsplan heeft hetzelfde karakter als dat van vorig jaar: volop aandacht voor een beperkt aantal onderwerpen met daarin de visie van het hoofdbestuur over de richting waarin de oplossingen gezocht moeten worden.
Dit jaar komen terug het onderwerp Bijenweide en het (deel)onderwerp Amerikaans vuilbroed, omdat daarin veel in beweging is.
De samenwerking met andere bonden heeft ons intens bezig gehouden en dat zal komend jaar ook het geval zijn.
Nieuw in het Beleidsplan is aandacht voor duurzame bestrijding van varroa, mede gericht op 'Schone'

Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:16

Duurzame bestrijding van varroa, mede gericht op 'Schone'

Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:24

3. Amerikaans vuilbroed

Situatie

Amerikaans vuilbroed (AVB) komt weliswaar relatief weinig voor maar is zo besmettelijk dat voortdurende aandacht nodig is om verbreiding te voorkomen. Het belang van AVB-bestrijding is tweeledig: (I) in stand houden van de economische en ecologische bestuiving, en (II) het optreden van de ziekte tegen gaan in het belang van omliggende landen.
In 2001 heeft de bijenhouderijsector de overheid aangesproken op haar wisselend beleid in de afgelopen jaren ten aanzien van AVB en heeft in vervolg daarop een plan van aanpak opgesteld in samenwerking met de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees (RVV) en ID-Lelystad. Ook heeft de bijenhouderijsector aangegeven te willen meebetalen in de kosten. Dat plan van aanpak zal met de overheid worden besproken. Duidelijk is al wel dat de bijenhouderijsector haar verantwoordelijkheid dient te nemen voor de kern van het plan van aanpak. Die kern omvat een pakket aan preventieve maatregelen. Alleen in dat geval wil de RVV zorg dragen voor het ruimen van zieke volken en van volken die ernstig zijn besmet met sporen, alsmede zorg dragen voor de gebiedsscreening rondom standen met klinisch zieke volken.
Zonder meebetalen trekt de overheid haar handen af van de bestrijding van AVB. Als consequentie zal de overheid in die situatie geen gezondheidsverklaringen voor grensoverschrijdend verkeer meer afgeven.


Opvatting

Gezien de relatief geringe mate van besmetting van volken in Nederland vindt het hoofdbestuur dat een combinatie van preventiemaatregelen, het ruimen van zieke en ernstig besmette volken en het opsporen van infectiebronnen nog steeds de beste aanpak van AVB biedt. Preventieve maatregelen - hygiënisch imkeren - behoren tot de sociale verantwoordelijkheid van iedere bijenhouder en met het voederkransonderzoek kan iedere bijenhouder tijdig ontdekken of de volken gevaar lopen ziek te worden vanwege een besmettingsbron in de omgeving. Zo'n onderzoek biedt tevens de mogelijkheid om vast te laten stellen of broed en materialen wel veilig kunnen worden uitgewisseld. Een zogenaamde "negatief verklaring" beschermt standen zo goed mogelijk tegen insleep van sporen en/of de ziekte.
'˜Stamping out' kost veel geld en dat kan de bijenhouderij onmogelijk allemaal zelf betalen, laat staan dat de getroffen bijenhouders zelf voor de kosten kunnen opdraaien. Dat laat onverlet dat ook bijenhouders hun aandeel dienen te leveren en dat het dus redelijk is om ook van bijenhouders een bijdrage in de kosten te vragen. Zolang registratie niet verplicht is, is het ook de verantwoordelijkheid van de bijenhouderij om in het geval van uitbraken snel en efficiënt de RVV de nodige administratieve en organisatorische hulp te bieden.

Aanpak

Het hoofdbestuur heeft via de Bedrijfsraad bewerkstelligd dat er een kleine, maar gezaghebbende groep deskundigen is benoemd om de bijenhouderij (en de overheid) te adviseren. Dat is de Adviesgroep Bijengezondheidsbeleid. Die adviesgroep heeft het plan van aanpak opgesteld, dat door de bijenhouderijsector is aanvaard. Hoofdthema's in het pakket aan preventieve maatregelen zijn: voortdurende voorlichting over AVB, uitvoeringsmaatregelen gericht op risicogroepen en monitoring van aanwezigheid van sporen via onderzoek aan voederkransmonsters. Dat plan van aanpak zal in details worden gepubliceerd in 'Bijen'. Voor de praktische uitwerking naar de individuele bijenhouder toe zal een Werkgroep Bijengezondheidszorg (BGZ) worden ingesteld. Voor wat de VBBN betreft zullen daarin zitting nemen de bijengezondheidsdeskundige en zijn vervanger uit elk van de groepen. Het hoofdbestuur zal daarvoor initiatieven nemen.
Alle verenigingssecretariaten dienen een bestand gereed te maken van de standen van hun leden en zo mogelijk van niet-aangeslotenen. Bij een uitbraak in het werkgebied dient de subvereniging de RVV te assisteren met het maken van afspraken en het gidsen naar de standen voor screening.

Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:28

4. Verbetering Bijenweide

Situatie

Massaal bloeiende drachtmogelijkheden voor insecten/honingbijen, zoals koolzaad, wilg en linde, worden in Nederland steeds schaarser. Hierdoor zijn bijenhouders steeds meer aangewezen op drachtmogelijkheden in de stadstuinen, parken en als braaklegging. Helaas hebben insecten nog steeds een slecht imago bij veel burgers en hierdoor is het publiek (de tuinbezitter) weinig gemotiveerd om dit probleem mee op te lossen. Door gebrek aan volwaardig stuifmeel hebben bijen vaak minder weerstand tegen ziektes als Nosema. Steeds vaker stoppen bijenhouders door deze factoren met bijenhouden.

Opvating

Het hoofdbestuur heeft de overtuiging dat de hele bijenhouderij, dus niet alleen de besturen, maar ook alle bijenhouders afzonderlijk, verantwoordelijk zijn voor de voedselvoorziening van hun bijenvolken. Het verbeteren van dracht blijkt een moeizaam proces te zijn, dat vaker in de naaste omgeving van de bijenhouder en subvereniging is te beïnvloeden, dan door een centraal bestuur. Vaak is men zich dat niet bewust. Naast alle organisaties die zich inzetten voor het behoud van fauna en de uitbreiding van nestgelegenheden en voedselomstandigheden, horen ook bijenhouders in dit rijtje thuis en als zodanig kunnen onder meer gemeenten dan ook met zelfbewustheid door bijenhouders worden benaderd. Nu is het vaak zo dat men zich te bescheiden en afwachtend opstelt naar organisaties die voor de bijenhouderij belangrijk kunnen zijn.
De samenwerking tussen bijenhouders en land- en tuinbouwers zullen ook regionaal moeten worden opgepakt en uitgebreid

Aanpak

Het hoofdbestuur zal de verbetering van de bijenweide als speerpunt van het beleid voor de komende jaren inzetten. Voor 2002 probeert de VBBN samen met Alterra weer een plan bij LASER in te dienen om verbetering van de dracht voor insecten te bevorderen.
De band tussen Intratuin en de VBBN zal worden gebruikt als contact tussen bijenhouders en tuinbezitters. Hierin ligt een verantwoordelijke taak voor de bijenhouders. Tijdens voorlichtingsdagen, welke bedoeld zijn om het imago van de bijen te verbeteren, zal de bijenhouder o.a. over het nut van honingbijen en de noodzaak tot drachtverbetering in de woonomgeving voor insecten moeten vertellen.
Alle bijeenkomsten zoals bijenmarkten, spreekbeurten en scholenbezoek, moeten worden gebruikt om over de leuke kanten van het bijenhouden te praten. Negatief praten over het bijenhouden en benadrukken dat het zo moeilijk is en allemaal terugloopt heeft volgens het hoofdbestuur een ongunstig effect op de opinie. Daarom is door de gezamenlijke bijenhoudersorganisaties een informatiegids samengesteld, die binnenkort zal verschijnen. Hierin komen adviezen voor de bijenhouder en de besturen om bij instanties zoals gemeenten, provincies en landbouworganisaties aan te dringen op het aanpassen in de groenvoorziening van dracht voor bijen en andere bestuivende insecten. Het hoofdbestuur zal daar waar mogelijk is contacten leggen tussen (plaatselijke) overheden en bijenhouders. Ook om standplaatsen te zoeken voor volken waar bijenhouders geen plaats voor hebben kan een goed contact met onder meer de gemeente gunstig zijn.
Het hoofdbestuur zal dit jaar intensief contact zoeken met de provinciale landschappen. Hiermee zullen we een bijeenkomst organiseren om het belang van nauwe samenwerking tussen de (provinciale) landschappen en de bijenhouders in de bijbehorende regio's uit te leggen en onze visie te geven. Dr A. Koster heeft ons toegezegd ons hierin bij te staan.
Aan de samenwerking tussen boeren en bijenhouders zal ondersteuning worden verleend. Een voorbeeld is de actie van de VBBN in de provincie Groningen. Hier is een kleine groep bijenhouders onder leiding van L. Sligter actief om de regionale afdelingen van de landbouworganisatie NLTO te bezoeken en voorlichtingsavonden te organiseren over de mogelijkheden van o.a. natuurbraak.
Daarnaast zal de samenwerking tussen natuur-en milieuorganisaties in het "Platform tuinieren met planten en dieren" worden voortgezet. We zullen ons imago als natuurliefhebber moeten uitbuiten en vaak over bestuivende insecten spreken, waar nu nog te veel alleen over honingbijen wordt gesproken. Het publiek wil tijdens voorlichting over biodiversiteit horen dat aan het imkeren veel voldoening en plezier te beleven is. Het zal zeker vruchten afwerpen als we bij allerlei instanties de bij als een van de nuttige insecten onder de aandacht brengen.
We zullen werken aan een gezond zelfbewustzijn van bijenhouders ten aanzien van organisaties en overheden. Bij de benadering van dergelijke instanties zullen we naar voren brengen dat wij, een vrijwilligersorganisatie, een onmisbaar aandeel leveren in de leefomstandigheden van nuttige insecten.

Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:31

5. Overleg met andere bijenhoudersorganisaties.
Fusie.


Situatie

Het streven naar een fusie van de Nederlandse bijenhoudersorganisaties is binnen de VBBN al heel oud.
Na de afscheiding van de '˜zuidelijke bonden' in 1921 heeft het tot na de tweede wereldoorlog geduurd voordat er stemmen opgingen om de bijenhoudersbonden weer te vereniging (zie Wieb Top, o.a. p 67 e.v.).
Een serieuze poging ten tijde van het voorzitterschap van Ridder van Rappard liep tot teleurstelling van velen in 1966 spaak. (Wieb Top, p 192 e.v.)
Vervolgens heeft P. Muntjewerf de draad weer opgepakt en geprobeerd het klimaat te verbeteren door de andere organisaties uit te nodigen deel te nemen aan het blad van de VBBN, 'het Groentje'. In 1992 werd 'het Groentje'

Romée van der Zee
Berichten:1218
Lid geworden op:di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: beleidsplan 2002 VBBN

Bericht door Romée van der Zee » di 21 mei 2002, 12:34

6. PR en voorlichting

Situatie

In de afgelopen jaren heeft PR en Voorlichting grote aandacht gekregen. Met regelmaat verschenen er artikelen en radio- en TV-interviews. De bijenhouderij was in elk geval in het nieuws.
Daarnaast zal de prominente deelname van de VBBN aan de Floriade ook de nodige publiciteit opleveren. Van april tot oktober 2002 zal voor de vijfde keer in Nederland de wereldtuinbouw-tentoonstelling, de Floriade, worden georganiseerd. Naar schatting zullen er meer dan 3 miljoen bezoekers komen. Voor de VBBN een goede kans om internationaal en nationaal de aandacht te vestigen op de bijenhouderij in Nederland.
Onder leiding van het hoofdbestuurslid, de heer H. van den Broek is het folderbestand onder de loep genomen; diverse folders waren aan actualisering toe. Ze hebben nu alle hetzelfde uiterlijk, met een nummer en titel als onderscheiding.
In het najaar 2000 werd de VBBN-website geïnstalleerd zodat men via Internet alle informatie kan krijgen over bijen en VBBN.
In 2001 is een begin gemaakt met een internetdomein '˜Bijenhouden.nl', ontwikkeld door mevr. R. van der Zee.
(zie jaarverslag 2001).

Opvatting

Het hoofdbestuur is niet ontevreden over de activiteiten tot nu toe met betrekking tot PR en Voorlichting maar wel ontevreden dat we nog maar nauwelijks geformuleerd beleid daarover hebben ontwikkeld. Dit beleid zal ertoe moeten leiden dat er meer consistentie in onze presentatie in de Nieuwe Media zal zijn en dat ook ruimere naamsbekendheid van de VBBN gerealiseerd zal worden. Het gebruik van de Nieuwe Media, Internet en e-mail, is tegenwoordig belangrijker dan ooit. In onze complexe maatschappij wil het publiek steeds beter geïnformeerd worden. Met professionele voorlichting, heldere rapporten, duidelijke folders en een gebruiksvriendelijke Internetsite probeert de VBBN een positief beeld te creëren bij zowel hun omgeving als bij hun eigen leden.

Aanpak

Het hoofdbestuur streeft ernaar om een werkgroep of projectgroep in te stellen die een PR- en Voorlichtingsbeleid voor de VBBN ontwikkelt. Onder leiding van een hoofdbestuurslid zullen (bijenhouder) journalisten en PR functionarissen uitgenodigd worden daarover mee te denken. In ieder geval zal in dat beleid de weg naar meer naamsbekendheid en promotie van onze doelstellingen ruime aandacht moeten krijgen en het gebruik van de Nieuwe Media geoptimaliseerd.
Tenslotte zal in het jaar 2002 contact worden gezocht met andere natuurorganisaties. Ook in dat overleg is het noodzakelijk dat we een helder beeld van de bijenhouderij naar voren kunnen brengen.

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 12 gasten