Gelukkig hebben depothouders van de VBBN in Groningen, het echtpaar Postma, al in 1982 het initiatief genomen om enkele aanpassingen aan te brengen.
1. Om te beginnen lieten zij de mal voor de broedkamer 5 mm lager maken, waardoor het verschil in raamhoogte werd gecompenseerd.
2. Na hen kwamen anderen, die de 5 mm verlaging bereikten door het wegfrezen van de onder- en bovenkant van de Duitse Segeberger. Dat frezen bleek vaak niet nauwkeurig uitgevoerd, waardoor toch braamraat tussen de bakken en dus ontevredenheid bij de afnemers ontstond.
3. Ook bleken de bakken, zoals aangepast door de verschillende Nederlandse leveranciers niet onderling uitwisselbaar.
4. Het probleem van de lange Nederlandse oren werd door de Postma's opgelost door de bovenkant van de bak aan de binnenzijde aan te passen en wel zodanig dat eventuele inwatering via de bovensponning wordt voorkomen.

Doorsnede Duitse Styroporkast
met aanpassing Postma
5. Andere leveranciers bedachten andere oplossingen, maar ook hier lijken de Postma's de betere keuze te hebben gemaakt: in hun kasten worden de oren niet vast gekit, terwijl dat bij andere kasten wel eens voorkomt.
6. Al deze veranderingen maakten de Segeberger kast een stuk aantrekkelijker voor Nederlands gebruik
Bron: http://www.mamamoer.nl/mamamoer/blz/Styroporkasten.html
!Piet