ecologie in Kampen

[maartenkleijne]

Ecologie in Kampen

In de jaren 70 was de gemeente Amstelveen de pionier in het ecologisch beheer van het openbaar groen. De toenmalige directeur groenvoorzieningen was een bevlogen en zeer deskundig mens en heeft heel veel tot stand gebracht. Alleen vergeet ik altijd zijn naam.
Je kunt inschatten dat onder zijn beheer de hoeveelheden bloemen en vlinders etc. minimaal verduizendvoudigd zijn; en -zoals dat gaat- de schadelijke plaaginsecten werden navenant minder.
Sindsdien is de inspiratie overgenomen door diverse andere gemeentes, zoals Ede en Bussum. Allemaal zeer prettig voor kinderen, natuurliefhebbers en imkers.

Anno 2004 kunnen we zeggen dat er een nieuwe speerpunt in deze op de kaart staat:
de historische stad Kampen.

Kampen is sowieso een bijzondere stad waar voor de liefhebbers veel te beleven valt.

Maar het is de afgelopen periode bovendien ontwikkeld tot een ecologisch hoogtepunt.
Historisch onderscheidde Kampen zich door het fenomeen stadsboerderij: agrarische bedrijven in het hart van de oude stad die hun vee lieten weiden buiten de poorten. Het gevolg was dat vlak buiten de poorten van de oude stad uitgestrekte landerijen lagen. In de moderne tijd waren de stadsboerderijen natuurlijk op een gegeven moment '˜op'. Het stadsbestuur heeft toen in haar wijsheid besloten om betreffende landerijen niet vol te bouwen met nieuwbouwwijken maar toe te staan dat het een uitgestrekt stadpark werd, nu midden in de stad vlak bij het oude centrum. Maar het wordt nog mooier: een groot deel van dit park wordt beheerd als ecologisch terrein. Het is volop in dynamische ontwikkeling, vol met de goede inheemse planten, vlinders en vogels.

Enkele hoogtepunten van een dagje Kampen:

De kinderboerderij midden in het park: niet de paar obligate geitjes en hangbuikzwijntjes, een paar oudere mannen/liefhebbers en een handjevol kindertjes.
Nee, een bruisend geheel met veel vrijwilligers in alle leeftijden die daar aan de slag waren. Plus tientallen kinderen die zich kwamen melden voor diverse educatieve natuurexcursies in het eco-park.

Eindeloze hoeveelheden wilde bloemen in alle soorten die op de Kampense bodem thuishoren. Zeker de helft van alle daslook die ik in Nederland ken groeit in Kampen, zozeer dat het daar nu bijna onkruid aan het worden is.
Ook in de delen van het park die wat minder ecologisch worden beheerd, zien we een overvloed aan botanische bolgewassen en andere wilde bodembedekkers.
De hoogste tjiftjafdichtheid die ik ooit ergens gehoord heb, en natuurlijk het hele scala van alle andere kleine zangertjes, met zwartkop en tuinfluiter voorop.
Veel natuurlijk dood staand en liggend hout, dat weer zorgt voor een extreem hoge spechtdichtheid.
Schitterende bloemenweiden in plaats van de overbekende gazons met hondenpoep, tot vlak voor het stadhuis aan toe.

Overal kleine stukjes, landjes, bossages en overhoeken, met elk een eigen lange termijn natuurontwikkelingsplan op micro schaal. Tot en met broedhopen voor hommels en spitsmuizen en een eventueel passerende ringslang. Zo gaat Kampen de enige stad worden met een eigen ringslang populatie binnen de stadsmuren.
Alleen jammer dat die beesten zo schuw zijn dat niemand ze ooit te zien krijgt.

En natuurlijk niet te vergeten de eigen heemtuin met een keur aan zeldzame en minder zeldzame inheemse gewassen, die niet in trieste bedjes gefokt worden, maar in een natuurlijke ecologische samenhang bijeen gebracht zijn.

Een excellent voorbeeld van wat de combinatie van deskundigheid en vlijt, gesteund door een wijs stadsbestuur vermag.

Kortom: ik heb Kampen toegevoegd aan mijn top 5 lijstje van plekken die elk jaar een paar maal nader bekeken moeten worden, samen met de Slufter, Kennemerduinen, Blauwe Kamer en Hoge Veluwe.
Maar als imker en drachtplanten liefhebber zou Kampen eigelijk op no. 1 moet staan. Als je inspiratie op wilt doen voor ecologisch drachtplanten en vlinderbeheer, zal een dagje Kampen je goed doen.