Jaap v.Popering schreef:Ik heb onlangs een lezing van ; Arie Koster bijgewoond . Zijn conclusie hier over was . Er zijn inderdaad solitaire bijen welke wij niet meer zien . en er zijn bijna net zo veel bijen voor teruggekomen welke wij nooit gezien hebben . Waarschijnlijk door de klimatologische veranderingen .
Ik lees op die site welke jij aangeeft dat er bijna 360 waargenomen zijn . Ik heb onlangs een boekje in ontvangst mogen nemen waarin staat ik citeer ; Er zijn heel veel soorten alleen al in Zeeland ver boven de vierhonderd en die zijn lastig op naam te brengen .
Jaap v P
Beste Jaap,
Het door jou genoemde aantal van meer dan 400 soorten in Zeeland, betreft de groep Aculeaten (angeldragers). Deze groep is groter dan alleen de wilde bijen. Van wilde bijen zijn er in het Zeeuwse meer dan 200 soorten waargenomen. En het is inderdaad zo dat er de laatste jaren wat nieuwe soorten uit het zuiden binnen druppelen, maar dit wil niet zeggen dat dit de achteruitgang van andere soorten compenseert of dat de soorten die het hier moeilijk hebben automatisch ook een plekje op kunnen schuiven naar het noorden (naar andere contreien) en daar lekker verder leven. Soorten die door klimaatverandering of andere veranderingen aan hun leefomgeving bedreigt worden, kunnen vaak niet opschuiven, omdat er vaak geen geschikte gebieden binnen vliegafstand zijn. Het is flauwekul om te beweren dat er nog genoeg soorten te vinden zijn. Ja er vliegt inderdaad nog het nodige her en der in Nederland en in Zeeland rond, maar als je goed kijkt, zie je dat het steeds meer de algemene soorten zijn die het goed doen. De echte kritische soorten (veelal specialisten) staan in Nederland flink onder druk, omdat ons landschap in de laatste tientallen jaren flink veranderd is. Akkers en weiden bij de boer hadden vroeger nog enige natuurwaarde, tegenwoordig zijn het, uit ecologisch oogpunt bekeken, ware woestijnen, waar vrijwel niets kan leven en alles wat er nog leeft fanatiek bestreden wordt. Het is daarom dat je hier in Zeeland geen enkele broedende grutto meer vindt buiten de reservaten en dat boerenlandvogels als zomertortel en kneu uitgeweken zijn naar de duingebieden. Als ik als kind door de polder liep, dan hoorde ik nog veldleeuweriken zingen, zag ik volop gele kwikstaarten en kwam ik vaak patrijzen tegen. Wanneer zie je die nu nog? Hetzelfde geldt voor de grashommel, een echte Zeeuwse soort. Wanneer heb je die voor het laatst gezien? Of de moshommel of de ...
Het spijt me heel erg, maar ik maak me zorgen om het verdwijnen van deze soorten en erger me aan oogkleppengedrag; mensen die tevreden zijn zolang ze nog een vlindertje op hun vlinderstruik zien vliegen, maar niet in de gaten hebben dat de soorten die ze als kind zagen langzaam aan verdwijnen. Toen m'n opa vroeger met z'n bamboehengeltje in de Oosterschelde ging vissen, kwam hij met een emmer vis thuis. Tegenwoordig zijn we dik tevreden als we na een dag vissen met 2 carbonhengels met optimaal tuig, waarmee je 150 meter uit de kant kunt vissen, thuis komen met een handjevol vissen. En nog steeds wordt er beweerd dat er nog volop vis is....
Excuus, maar dit moest me even van het hart na het lezen van voorgaande reacties.
Groet,