Volgens Deinzer: pollen tussen 0,7 en 2,6% (=bijna 4x zoveel), PAs tussen 0,3 en 3,9 mg/kg (=13x zoveel)Jakobskruiskruidhoning
Voor het Amerikaanse onderzoek van Deinzer uit 1977 werden honingmonsters uitgekozen die volgens de pollenanalyse tussen 0,7 en 2,6% Senecio jacobaea pollen bevatten. De gevonden hoeveelheid PAs lag tussen 0,3 en 3,9 mg/kg. In Engeland (1997) werden, eveneens na pollenanalyse, acht honingmonsters geselecteerd voor nader onderzoek. Deze honingen bevatten tussen 150 en 240 Senecio jacobaea pollen in 10 gram. Aan PAs werden gehaltes gevonden tussen 10 microgram/kg en 1.500 microgram/kg. In honing met minder dan 20 Senecio jacobaea pollen in 10 gram werd in het geheel geen PAs aangetroffen. Het artikel vermeldt nog dat de twee honingmonsters met de hoogste gehaltes aan PAs, namelijk 400 microgram/kg en 1.500 microgram/kg, erg donker van kleur waren en uit oogpunt van smaak toch al niet geschikt voor consumptie.
Engels onderzoek: pollen tussen 150 en 240 per 10 gram (=1,6x zoveel), PAs tussen 10 en 1500 microgram/kg (=150x zoveel)
Dan is er volgens mij nauwelijks verband te leggen tussen de aanwezige pollen en de hoeveelheid PAs.
Of er zijn PAs van andere planten aanwezig geweest, in dat geval is het onderzoek niet bruikbaar voor alleen JKK.
Of zie ik het verkeerd?