Jaap wat jij in die prachtige volzin zegt, dat bedoelde ik met "HET" in de zin : ...het staat in m'n geheugen gegrift.
Waarom houden we niet de mogelijkheid open dat er ook omstandigheden zijn waarin geen lange stuifmeeldrapeaus oftewel
stuifmeelslepen oftewel stuifmeelwimpels oftewel stuifmeelfranjes oftewel stuifmeelvodden ontstaan ?
De natuur zit vol verrassingen . We zijn helaas niet in de gelegenheid vanaf ochtendgloren tot ver in de avondschemering
onafgebroken observaties te verrichten, dus een dag lang. En dan ook nog dagenlang onder andere weersomstandigheden
en dan ook nog bij verschillende leeftijden van de planten en bij verschillende soorten.
"GA ER MAAR AAN STAAN" is 'n gezegde. Voor zo'n onderzoek heeft niemand 'n rooie cent over. Het levert geen geld op.
Ik ben zelf maar begonnen met het onderzoek op advies van Hans, die hopelijk ook al begonnen is met het onderzoekje
dat ik hem aanbevolen heb.
Wat mooi dat het kinderwoord KLOMP of houten schoen voor het stuifmeelvrachtje aan elke achterpoot van de 'stuifmeelklompenbij'
oftewel de honingbij, de motor is geworden van ons onderzoek.
Apropos, in de Duitse imkerij spreekt men van Pollenhöschen oftewel pollenbroekje oftewel stuifmeelBROEKJE. Dat is waarschijnlijk ook door 'n kind bedacht. Onze kinderen spreken van stuifmeelklompjes.
Blijkbaar kijken Duitse kinderen preciezer dan Nederlandse, want de stuifmeelkorfjes zitten ongeveer halverwege de
achterpoten en niet zowat op het einde. Dus , als een korfje gevuld is lijkt het meer op 'n broekje dan op 'n klompje.
Maar als 'n kind de bijen op veilige afstand bekijkt, dan zijn beide benamingen te begrijpen.
Overigens, 'n Teunisbloemstuifmeelvrachtje lijkt meestal op 'n gerafeld broekje. Zjef
P.S. 'n Wilde bijensoort, Dasypoda hirtipes, is zelfs genoemd naar de opvallend grote stuifmeelvrachten aan de achterpoten.
In het Nederlands is ze Pluimvoetbij en ook wel Slobkousbij genoemd (ook in de taal van kinderen ?).