Mooie fotoserie van de Bijenwolf. Het zijn inderdaad prachtige wespen, die ik ook in mijn tuin heb, maar daar ik vond er nooit nesten van. In de tekst staat dat ze dikwijls op distels zijn te vinden. Dat komt niet overeen met mijn waarnemingen, maar misschien is het een misverstand. Ze vliegen het liefst op schermbloemen en daartoe behoren ook de kruisdistels (Eryngium-soorten). Misschien zijn die bedoeld.
Ik ken ze ook van de Kaloot, Borssele. Daar komt ook de koekoekswesp van de Bijenwolf voor, de zandgoudwesp
Hedychrum rutilans. Het zijn fantastische dieren. Je weet niet wat je ziet aan kleuren.
Deze wesp parasiteert op de Bijenwolf en doet dat zeer handig. De Bijenwolf maakt de opening van de nestgang steeds dicht als ze die verlaat om belagers het moeilijker te maken. Dat is voor de zandgoudwesp echter juist de manier om binnen te komen. Om de nestgang te openen moet de Bijenwolf de verlamde prooi even neerleggen in de buurt van de opening. De zandgoudwesp legt er dan snel haar eitje op en als een paard van Troje wordt de honingbij met eitje naar binnen gebracht door de Bijenwolf. De parasitaire larve komt snel uit en eet het eitje of de larve van de Bijenwolf op. Daarna vind ze een gedekte tafel die voor de Bijenwolflarve bedoeld was. De natuur is soms ingewikkelder dan je denkt. Er zijn vermoedelijk nog meer insecten die op de Bijenwolf parasiteren en dan met name enkele vliegensoorten.
Ik ben eigenlijk wel benieuwd waar Jaap de foto's heeft kunnen maken. In een dergelijke prachtige grote kolonie zou ook de koekoekswesp aanwezig kunnen zijn.
De koekoekswesp is bepaald niet algemeen en daarom zijn de nestelplaatsen van de Bijenwolf als enige gastheer zeer waardevol. De foto's hieronder heb ik kunnen maken in 2006. In de jaren 2007 t/m 2009 heb ik nadrukkelijk gezocht naar de wesp, maar die niet op diezelfde plek (de Kaloot, Borssele) opnieuw gevonden. Niet alleen de koekoekswesp is kwetsbaar, dat is ook het gebied. Het wordt ernstig bedreigd door onzinnige plannen voor een containeroverslaghaven (WCT) op die plek.
http://www.ahw.me/p1/hedychrum_rutilans007b.htmlhttp://www.ahw.me/p1/hedychrum_rutilans012b.htmlOok mijn insecteninteresse gaat verder dan alleen honingbijen. Alle insecten hebben mijn aandacht en dat is dus een erg breed terrein. Het gedrag en de vormverschillen intrigeren mij. Daarnaast ook de verhoudingen tussen waard-gastheer en parasiet.
Bij de Bijenwolf kijk ik ook naar de mannetjes. Je ziet ze dikwijls foerageren op schermbloemigen. Soms rusten ze uit in de buurt van de nestelende vrouwtjes. Ze hebben niets anders te doen, want de paring is dan al geschied en ze zijn voor de soort verder nutteloos. Mannetjes zijn herkenbaar aan het kleinere lichaam en aan het aantal achterlijfsegmenten (mannetjes 7; vrouwtjes 6). Als de antenne goed in beeld is kan ook daaraan het geslacht worden vastgesteld: 13 segmenten voor een man; 12 voor een vrouw.
Opvallend is de variatie in tekening bij de Bijenwolf. Bij het mannetje van onderstaande foto zijn clypeus (kopschild), pronotum (halsschild), calli (schouderbulten), tegulae (vleugelschubben) en postscutellum (achterschildje) wit. Die witte tekening is echter dikwijls geelwit tot geel bij andere exemplaren.
http://www.ahw.me/p1/philanthus_triangulum016b_ma.htmlBij dit mannetje zijn alle onderdelen die ik noemde bij de vorige geel. Dit exemplaar heeft ook 2 gele vlekken op het scutellum (schildje). Bij de vorige was daar geen vlek. De oranjegele streep achter het oog is er wel, maar minder nadrukkelijk.
http://www.ahw.me/p1/philanthus_triangulum018b_ma.htmlBij dit mannetje is op het scutellum slechts 1 grote vlek aanwezig.
http://www.ahw.me/p1/philanthus_triangulum019b_ma.htmlHier is weer een mannetje met volledig gele tekening, maar zonder gevlekt scutellum. Alleen het postscutellum heeft een geel bandje, maar daar hebben ze allemaal een geel of wit bandje.
[url]http://ww