verstuurd 11-02-2001 No. 11
--------------------------------------------------------------------------------
Hallo Hennie,
Interessante reactie van jou! - De moer kan de productie (de aantallen)
uiteraard wel aan. Het gaat dus in feite niet om de productie, maar om de
productie gerelateerd aan het productieproces zelf. Het groei- en
rijpingsproces van de eifollikels aan de eierstok tot bevrucht eitje heeft
niet alleen een bepaalde tijd, maar ook bepaalde voedingsstoffen nodig. In
die tijd vindt er een chemische omzetting van stoffen plaats, die de moer
reeds lang tevoren toegediend heeft gekregen door haar hofstaat. De eitjes
moeten dus groeien en daarvoor zijn tijd en veel, uitgebalanceerde
voedingsstoffen nodig. Gelukkig zijn die voedingsstoffen in de maand
mei/juni meestal in ruime mate beschikbaar. Als je nu de hoeveelheid
voedingsstoffen per dag in een productieproces verdeelt over 300 eenheden of
3000 eenheden, zou dat wel eens een groot verschil kunnen uitmaken. Bevat
een eitje te weinig van bepaalde voedingsstoffen, dan kan het gemis daarvan
later z'n weerslag hebben op de vitaliteit/prestatie van het individu.
(Wat een onverwachte pre voor de Rensonmethode..!

)
Die 3000 eitjes per dag zijn merendeels bestemd voor het ontstaan van
werkbijen. Uit die eitjes kunnen natuurlijk ook goede koninginnen ontstaan.
Het gaat mij echter niet om goede koninginnen, maar om
kwaliteitskoninginnen, waarvan we later topprestaties
verwachten. Als je dergelijke topdieren wilt telen, moet het hele
traject van eifollikel tot aan het moment dat de jonge moer haar eerste
eitjes legt, optimaal zijn. Hierbij is het voortraject uiterst belangrijk.
Als wij overlarven nemen we van onze teeltmoer min of meer willekeurige
jonge larfjes voor ons teeltmateriaal. Maar doet het bijenvolk dat ook?
Blijft het eitje met de daaruit ontstane larve altijd in een
koninginnecel tot dat deze uitloopt? Of vindt er soms door de werkbijen
onder de daagse koninginnenlarven ook een selectie plaats. Opruimen,
schoonmaken en opnieuw laten beleggen! Wat weten wij daar eigenlijk nog
van. Van die 3000 werkbijen kunnen ze er later wel een paar missen, dat
maakt voor haar voortbestaan niet veel uit. Maar dat ene eitje/larfje
is van levensbelang voor de hele kolonie en dient met alle zorg
uitgekozen en omringd te worden. Zij is later immers het hart van het
bijenvolk.
Ook broeder Adam bracht om bovenstaande redenen z'n teeltmoeren altijd onder
in afleggers. Af en toe gebruikten ze uit productievolken larven voor de
teelt van testseries. De koninginnen, die daaruit ontstonden, bleken ook
nooit echt te voldoen (geen topprestaties!).- (Zie z'n voordracht gehouden
te Dornstadt in 1986.)
Piet van de Veluwe
Homepage:
http://home.wxs.nl/~a.jager/bijen/
[This message has been edited by Piet Jager (edited 11-02-2001).]
--------------------------------------------------------------------------------
Van: | Geregistreerd: Nov 2000