Erfelijkheid
Geplaatst: do 22 dec 2005, 20:25
Een ervaring met guppies zette mij weer aan het denken.
Sinds 1964 heb ik een stam guppies gehouden die het jaar in jaar uit altijd goed deden ondanks alle vermoedelijke inteelt: begonnen met 2 mannetjes en 2 vrouwtjes, soms uitbreiden tot honderden guppies en herhaaldelijk weer gekrompen tot een handjevol.
Deze stam bestond uit slanke mannetjes met lang blauwe staarten en veel blauw op het lijf en vrouwtjes erbij die geel met zwart gevlekte staarten hebben. Ik noem ze nu: '˜stam 1'.
Begin jaren 90 begon de inteelt toch wel toe te slaan: de mannetjes werden steeds ieler en de guppies gingen zich minder uitbundig voortplanten. Toevallig kon ik toen een paar '˜wildguppies' krijgen direct van een of ander Caraïbisch eiland. Dat leek me wel goed voor wat vers bloed. Deze wildguppies hadden mannetjes met korte, stevige lichamen vooral rode vlekken en doorzichtige staarten, en vrouwtjes met eveneens doorzichtige staarten. Ik noem ze '˜stam 2'.
Al snel werd er een nieuwe mengvorm zichtbaar: stevige mannetjes met gekleurde vlekken in diverse kleuren waaronder veel rood, en geel gevlekte staarten. Ik noem ze stam 3.
Ik liet ze allemaal samen flink doorgroeien tot een paar honderd stuks, benieuwd wat voor ras er uiteindelijk zou ontstaan.
Maar ja: afgelopen zomer '“tijdens de vakantie- was er een '˜ongelukje' en plotseling was de hele populatie uitgestorven op één vrouwtje na. Dat was een stevige tante en dankzij uitzonderlijk goed verzorging kwam de ene na de andere worp jonge guppies tevoorschijn.
Zij had een helder staart dus ik dacht: weinig kans dat de oerstam 1 met de blauwe staarten nog terugkomt.
De eerste worp bestond geheel uit stam 2 qua uiterlijk. De tweede en derde worp was deels stam 2 en deels stam 3. Dus ik legde mij er bij neer dat stam 1 was uitgestorven.
Tot mijn verbazing echter bracht worp 4 en alle volgende worpen alleen nog maar stam 1 voort. De laatst overgebleven guppie tante is dus weer de oermoeder geworden van alle drie verloren stammen.
Ik vertel dit verhaal omdat de voortplanting van guppies veel gemeen heeft met die van bijen:
Het guppy vrouwtje wordt in de eerst paar weken tot drie maanden door diverse mannetjes bevrucht en slaat de spermapakketjes vervolgens op en blijft de rest van haar leven vruchtbaar zonder dat er nog een mannetje aan te pas hoeft te komen (de mannetjes kunnen het anders dan bij bijen wel blijven proberen). (in het wild leven volwassen mannetjes en vrouwtjes vaak als geheel gescheiden populaties in andere delen van de rivier.)
We zeggen vaak gemakshalve dart een imme bestaat uit tot 20 populaties van halfzusters, maar ik denk dat het ingewikkelder is.
Vaak meen ik waar te nemen dat de bijen van 1 imme in de loop van het seizoen van uiterlijk veranderen, b.v. in augustus verschenen er opeens veel bijen met oranje ringen i.p.v. de gele die in het voorjaar en zomer overheersten, zonder dat er een andere moer was gekomen.
Ook kan de imme van een en dezelfde moer van jaar tot jaar een beetje anders zijn, qua uiterlijk en karakter.
Ik put hier ook de hypothese uit dat binnen onze bastaardbijen de zwarte bij nog in zuivere vorm verstopt zit. Selecteren richting zwarte bij is dan echt geen fata morgana.
Sinds 1964 heb ik een stam guppies gehouden die het jaar in jaar uit altijd goed deden ondanks alle vermoedelijke inteelt: begonnen met 2 mannetjes en 2 vrouwtjes, soms uitbreiden tot honderden guppies en herhaaldelijk weer gekrompen tot een handjevol.
Deze stam bestond uit slanke mannetjes met lang blauwe staarten en veel blauw op het lijf en vrouwtjes erbij die geel met zwart gevlekte staarten hebben. Ik noem ze nu: '˜stam 1'.
Begin jaren 90 begon de inteelt toch wel toe te slaan: de mannetjes werden steeds ieler en de guppies gingen zich minder uitbundig voortplanten. Toevallig kon ik toen een paar '˜wildguppies' krijgen direct van een of ander Caraïbisch eiland. Dat leek me wel goed voor wat vers bloed. Deze wildguppies hadden mannetjes met korte, stevige lichamen vooral rode vlekken en doorzichtige staarten, en vrouwtjes met eveneens doorzichtige staarten. Ik noem ze '˜stam 2'.
Al snel werd er een nieuwe mengvorm zichtbaar: stevige mannetjes met gekleurde vlekken in diverse kleuren waaronder veel rood, en geel gevlekte staarten. Ik noem ze stam 3.
Ik liet ze allemaal samen flink doorgroeien tot een paar honderd stuks, benieuwd wat voor ras er uiteindelijk zou ontstaan.
Maar ja: afgelopen zomer '“tijdens de vakantie- was er een '˜ongelukje' en plotseling was de hele populatie uitgestorven op één vrouwtje na. Dat was een stevige tante en dankzij uitzonderlijk goed verzorging kwam de ene na de andere worp jonge guppies tevoorschijn.
Zij had een helder staart dus ik dacht: weinig kans dat de oerstam 1 met de blauwe staarten nog terugkomt.
De eerste worp bestond geheel uit stam 2 qua uiterlijk. De tweede en derde worp was deels stam 2 en deels stam 3. Dus ik legde mij er bij neer dat stam 1 was uitgestorven.
Tot mijn verbazing echter bracht worp 4 en alle volgende worpen alleen nog maar stam 1 voort. De laatst overgebleven guppie tante is dus weer de oermoeder geworden van alle drie verloren stammen.
Ik vertel dit verhaal omdat de voortplanting van guppies veel gemeen heeft met die van bijen:
Het guppy vrouwtje wordt in de eerst paar weken tot drie maanden door diverse mannetjes bevrucht en slaat de spermapakketjes vervolgens op en blijft de rest van haar leven vruchtbaar zonder dat er nog een mannetje aan te pas hoeft te komen (de mannetjes kunnen het anders dan bij bijen wel blijven proberen). (in het wild leven volwassen mannetjes en vrouwtjes vaak als geheel gescheiden populaties in andere delen van de rivier.)
We zeggen vaak gemakshalve dart een imme bestaat uit tot 20 populaties van halfzusters, maar ik denk dat het ingewikkelder is.
Vaak meen ik waar te nemen dat de bijen van 1 imme in de loop van het seizoen van uiterlijk veranderen, b.v. in augustus verschenen er opeens veel bijen met oranje ringen i.p.v. de gele die in het voorjaar en zomer overheersten, zonder dat er een andere moer was gekomen.
Ook kan de imme van een en dezelfde moer van jaar tot jaar een beetje anders zijn, qua uiterlijk en karakter.
Ik put hier ook de hypothese uit dat binnen onze bastaardbijen de zwarte bij nog in zuivere vorm verstopt zit. Selecteren richting zwarte bij is dan echt geen fata morgana.