Re: Oxaalzuur! - Waar zijn we mee bezig?
Geplaatst: wo 13 feb 2008, 21:19
door kreydt
Keuze genoeg.......
Contaminanten
1. Zware metalen en hun verbindingen
a. Lood
Bronnen: drrukkerijen, verf, voedselconserven, uitlaatgassen, loodverwerkende industrie, leidingwater
b. Kwik
Bronnen: chloor-alkali-industrie, visconsumptie, elektronische industrie, verf-, papierindustrie, farmaceutische industrie, fungiciden, germiciden, verbranding
van kolen, olie, gas, afval.#65533; Vulkanische activiteit, verwering van gesteenten en ertsen, ontgassing van de aardkorst
c. Cadmium
Bronnen: ziinkindustrie, fosfaatertsen, kunstmest, plastics, batterijen, elektrische en elektronische industrie, compost, sigarettenrook, mengvoeders
d. Arsenicum
#65533;#65533;#65533;#65533;#65533; Bronnen: pesticiden, garnalen, mosselen, vis, drinkwater,
e. Fluor
Bronnen: fosforzuurproductie, aluminiumfabrieken, tegel- en pannenbakkerijen, emailleerinstallaties, kunstmestfabrieken, drinkwater, gewone thee, bepaalde minerale waters
f. Aluminium
#65533;#65533;#65533;#65533;#65533; Bronnen: bier, specerijen, gewone thee, kruiden,
g. Andere: antimoon, beryllium, thallium, cobalt, tin
2. Pesticiden
worden ingedeeld in: insecticiden, fungiciden (schimmels), herbiciden (onkruid), nematiciden (aaltjes), acariciden (mijten), mollusciciden (slakken), rodenticiden (knaagdieren); verder ontwikkeling- of groeibe#65533;nvloedende middelen zoals feromonen, aviciden (vogels), plantengroeiregulatoren.#65533; Rond 1996 werden in Belgi#65533; ongeveer 400 verschillende actieve stoffen gebruikt in een 1600-tal verschillende handelsmerken.
3. Residu#65533;s van geneesmiddelen in dierlijke producten
a. Antibiotica (preventief, therapeutisch, groeibevordering)
b. Groeistimulerende producten: androgene en anabole stoffen, oestrogenen, gestagenen, beta-agonisten, corticostero#65533;den, thyreostatica
4. Mycotoxinen ( secundaire metabolieten van schimmels)
aflatoxinen, patuline, sterigmatocystine, zearalenon, penicillinezuur, luteaskyrine, fumonisine, ochratoxine A
5. Nitrosaminen en andere nitroverbindingen
Bron: toevoeging nitriet aan het voedsel, nitraat in voeding vnl. groente en fruit; nitraat- en nitrietverbindingen in het lichaam zelf, rubberproducten, tabak, cosmetica, huishoudproducten, nitrosering van o.a. aminen door het maagzuur, drinkwater
6. Pyrotoxische stoffen (stoffen die door verbrandingsprocessen ontstaan)
a. Polycyclische aromatische koolwaterstoffen
Bronnen: bosbranden, vulkanische activiteit, productie van energie, uitlaatgassen van voertuigen, verbranding van afval, roken, grillen, roosteren, frituren, barbecue, toast
b. Heterocyclische aminen
Bronnen: bouillon, geroosterd vlees en vis
c. Dioxinen en aanverwante stoffen
Bronnen: afvalverbranding, bosbranden, vulkanen, technologisch bijproduct, herbiciden, houtconserveermiddel pentachloorfenol, blekingsprocessen voor
papier, koffiefilter, maanderband, luiers; tv-toestellen, huishoud- en kantoorapparatuur (vlamvertrager)
7. Industri#65533;le producten
a. Gehalogeneerde verbindingen
polychloorbifenylen (PCB#65533;s) en #65533;terfenylen, polychloornaftalenen, chloorparaffinen, polybroombifenylen, polybroombifenylethers, hexachloorbenzeen, haloformen, chloorfluorkoolwaterstoffen (CFK#65533;s)
b. Asbest
c. Migratieresidu#65533;s
Bronnen: kunststof, plastic (PE, PP, PVC, PET, Tefal) en hulpstoffen zoals weekmakers (ftalaten), stabilisatoren, kleurstoffen, vulstoffen,#65533;
8. Radioactiviteit
Bronnen: kosmische straling, radioactiviteit in de bodem (vb. radon), fall-out van atoomwapentesten, nucleaire ongelukken, doorstraling van voedsel als bewaringstechniek bij specerijen, kruiden, kleurstoffen, uien, aardappelen, look, paprika
9. Toxische stoffen die van nature in de voeding voorkomen
a. Goitrogene of schildklierkropvormende stoffen
vb. cyanogene glycosiden in steenvruchtpitten, bittere amandelen, maniok, gierst, limabonen, lijnzaad
vb. glycosinolaten in kolen, mosterd, tuinkers, mierikswortel, raapzaad
b. Biogene aminen
vb. tyramine, serotonine, histamine, cadaverine.
Bronnen: oude kaas, rauwe kaas, wijn, banaan, walnoot, tomaat, cacao
c. Glyco-alkalo#65533;den
vb. solanine, chaconine (groene aardappelen, tomaten, courgettes)
d. Favisme
vb. vicine, convicine in tuinbonen
e. Oxaalzuur
Bronnen: rabarber, spinazie, zuring, cacao, gewone thee
f. Azoxyglycosiden
vb. cycasine in cycaspalm
g. Antinutritionele factoren= stoffen die de plant beschermen tegen aantasting door insecten, knaagdieren, micro-organismen, enz.
vb. protease-inhibitoren in soja
vb. lectinen in rauwe sojabonen, sperziebonen, tuinbonen
h. Toxinen van mariene oorsprong
vb. tetrodotoxine in kogelvissen
vb. saxitoxine in mosselen, oesters, sintjacobschelpen
vb. ciguatoxines in tropische en subtropische vissoorten (o.a. makree, zeebaars)
Additieven
1.#65533;#65533; Smaak-, geur-, kleurstoffen
a. Zoetstoffen
vb. sorbitol, mannitol, sylitol, sacharine, cyclamaten, aspartaam, alitaam, neo-DHC, glycyrrhizine, acesulfam-K, thaumatine, stevioside
b. Bitterstoffen
vb. kinine, cafe#65533;ne, lactucine
c. Smaakversterkers
vb. glutaminezuur, 5#65533;-nucleotiden, maltol, ethylmaltol
d. Aromastoffen
e. Kleurstoffen
vb. amaranth, curcumine, chlorofyllen, caroteno#65533;den, capsanthine, annatto, tartrazine, erytrosine, karamel
2.#65533;#65533; Bewaarmiddelen
Conserveermiddelen
vb. sulfieten, parabenen, andere organische zuren, nitriet, nitraat, methenamine, thiabendazol voor oppervlakteconservering van bananen en citrusvruchten,
DEDC, DMDC, houtrook, formol
Antioxidanten
vb. BHT, BHA, galluszuurexters, L-ascorbinezuur, tocoferolen, TBHQ, EDTA, fosforzuur, wijnsteenzuur, zwaveldioxide, sulfieten
3. Technologische stoffen
Emulgeer- en stabiliseermiddelen
vb. fosfolipiden, mono- en diglyceriden, acylglyceride, suikerverbindingen, polyglycerolvetzuuresters, propyleenglycolvetzuuresters, stearol-2-lactylaten,
fosfaten
Verdikkings- en geleermiddelen
vb. zetmeel, cellulose, pectinen, zaadgommen, exsudaatgommen, zeewierextracten, gelatine
Antiklontermiddelen
vb. siliciumdioxide, calciumsilicaat, kaliumaluminiumsilicaat, bentoniet
Antischuimmiddelen
vb. dimethylpolysiloxaan
Omhullings- en bestrijkmiddelen
vb. bijenwas, shellak, bloem, poedersuiker
Drijf- en verpakkingsgassen
vb. argon, helium, stikstof, waterstof, zuurstof
kg
Re: Oxaalzuur! - Waar zijn we mee bezig?
Geplaatst: wo 13 feb 2008, 23:29
door berry
Beste Piet,
Ik heb je stukje over oxaalzuur toch even nagetrokken
op de bron die jij aangeeft, namelijk Wikipedia.
Maar in de totale uitleg van Oxaalzuur komen de door jou gebruikten omschrijvingen niet eens voor.
Ik bedoel deze: Arcinogeen, Teratogeen, Mutageen
Er wordt met geen woord gesproken over: KANKERVERWEKKEND.
Hieronder de juiste tekst van Wikipedia
OXAALZUUR
Algemeen
Door voorkomen van twee zuurgroepen naast elkaar is dit een van de sterkste organische zuren. De anionen van oxaalzuur, net als zijn zouten en esters staan bekend als oxalaten. Oxaalzuur vormt door kristallisatie in waterige oplossingen met twee moleculen kristalwater oxaalzuur-dihydraat ((COOH)2 · 2 H2O).
Alhoewel oxaalzuur meestal een zuur vormt door middel van simpel op te lossen in water, vormt het ook een zuur door middel van een redoxreactie. Bij de halfreactie van oxaalzuur (oxidatiereactie) ontstaat CO2:
H2C2O4 + 2H2O #8594; 2CO2 + 2H3O+ + 2e-
Natuurlijk voorkomen
Oxaalzuur en afgeleiden komen voor in verschillende planten, met name rabarber en klaverzuring. Voedingsmiddelen die aanzienlijke hoeveelheden oxaalzuur bevatten zijn cacao, chocolade, de meeste noten, bessen, bonen en bieten. Ook komt het voor in peterselie en spinazie.
Risico's
Wanneer deze stof wordt ingenomen irriteert het de binnenkant van de keel, en kan fataal zijn in grote doses. Oxaalzuur bindt zich met metalen zoals calcium in het lichaam, waarmee het oxalaten vormt die de keel en nieren kunnen irriteren. Sommige Nierstenen bestaan voor het grootste gedeelte uit oxalaten.
Langdurige of herhaalde blootstelling aan oxaalzuur kan schade aan de nieren toebrengen. Aan de ogen kan een kleine hoeveelheid stof oogirritatie (gekarakteriseerd door rode en waterige ogen) veroorzaken, langdurig contact kan schade aan het hoornvlies of zelfs blindheid veroorzaken. Herhaalde blootstelling aan de huid geeft letsel van de huid, huidontsteking of zelfs brandblaren, afhankelijk van de exposieduur. Inhalatie van oxaalzuur kan verschillende gradaties van longschade en irritatie aan de luchtwegen veroorzaken, gekarakteriseerd door branderig gevoel in de keel, kuchen en hoesten. Grote hoeveelheden kunnen verstikking, bewusteloosheid en zelfs dood veroorzaken.
Zuursterkte
In dit molecuul bevinden de twee zuurgroepen zich direct naast elkaar. Ionisatie van de twee groepen is daardoor niet onafhankelijk. Nadat het eerste H+-ion is afgestaan betekent de tweede ionisatiestap het ontstaan van nog een negatieve lading direct naast een al bestaande. Dit gaat moeilijk. De pKz voor de tweede stap is dan ook duidelijk groter (dus de Kz kleiner!) dan die van de eerste ionisatiestap. Door de vorming van een interne waterstofbrug wordt de eerste ionisatiestap bevorderd. In een potentiometrische titratie zijn de twee stappen met moeite apart te zien (je moet dan weten waar je moet kijken). In de conductometrische titratie is het verschil wel goed te zien omdat de eerste stap zich als een sterk zuur gedraagt en de tweede stap zwak zuur gedrag vertoond.
Toepassingen
Huishouden
Oxaalzuur kan ook gevonden worden in huishoudproducten en anti-roestmiddelen.
Analytische chemie
In de analytische chemie wordt oxaalzuur als oertiterstof gebruikt voor basische oplossingen (natronloog en kaliloog) en oxiderende oplossingen (kaliumpermanganaat).
Klinische chemie
In de klinische chemie wordt oxaalzuur toegepast om het stollen van bloed te voorkomen. Bij de bloedstolling speelt het Ca2+-ion een sleutelrol. Door het calcium met oxalaat te binden is het niet meer beschikbaar voor de stollingsreactie en blijft het bloed vloeibaar.
De volgende omschrijving van Contaminanten klopt ook niet.
Je schrijft: Contaminanten zijn stoffen die onbedoeld in een product of in het milieu voorkomen.
Moet echter zijn:
Contaminanten daarentegen zijn stoffen die niet opzettelijk aan voedingsmiddelen zijn toegevoegd maar daarin wel aanwezig zijn maar veelal uit het milieu hierin terecht komen. . Een klassiek voorbeeld zijn dioxines van afvalverbrandingsinstallaties. Zij worden via het gras door de koeien en scharrelkippen opgenomen en komen langs deze weg in de melk en de eieren terecht.
Deze tekst vond in ook wel aardig
Maar mutagene stoffen komen niet in margarine en confituren voor!
Maar er is hoop!
Vorig jaar kwam een Japanse onderzoeker naar Leiden om het testsysteem van Darroudi en zijn collega's te gebruiken. Hij wilde de resultaten bevestigen van een onderzoek dat een beschermend effect van bierextract had aangetoond tegen Trp-p-2. Deze stof, die behoort tot de heterocyclische aromatische amines (HAA), komt voor in eiwitrijk voedsel, met name in goed doorbakken vlees. HAA zijn mutageen in bacteriën en hoger ontwikkelde organismen. Bij deze laatsten kunnen ze kanker veroorzaken. Bier blijkt daar enigszins tegen te beschermen, maar het maakt daarbij wel uit om welk type bier het gaat.
Drie typen bier werden getest, '˜Lager' '“ vergelijkbaar met ons gewone pilsje - , het donkere '˜Stout' en het diepbruine Guinness. '˜Lager' en Guinness bleken een duidelijk aantoonbare bescherming te bieden tegen de vorming van DNA-schade (micronucleï in tweekernige cellen), terwijl '˜Stout' die werking niet had. De onderzoeker achterhaalde het ingrediënt dat daarvoor verantwoordelijk was: glycine betaïne. Toevoegen van puur glycine betaïne gaf een bescherming van nagenoeg honderd procent tegen de DNA-schade die Trp-p-2 aanrichtte.
Je zie Piet, om dit alles eens goed na te trekken ben je ongeveer een kwartiertje bezig.
Zo, nu neem ik er maar een biertje op
Berry de Bruyn