Bijenhouden.nl

In Het Leids dagblad van 5 april stond een artikel over bijensterfte onder de titel "Een armpje van de natuur dreigt te verdwijnen". Nu zal ik niet het gehele atikel behandelen maar een stukje wat mij wel opviel was het volgende:
"Sterftecijfers zijn niet alarmerend"
De sterftecijfers van de afgelopen winter zijn 'niet alarmerend'. Dat zegt een woordvoerster van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). "Er is voor de minister geen aanleiding om haar beleid te wijzigen." Het ministerie constateert dat er de laatste jaren een 'hoger sterftecijfer' is dan normaal, maar vindt de situatie niet zorgwekkend. Schommelende cijfers zijn 'een normaal verschijnsel in de imkerij', aldus minister Gerda Verburg. Dat wil volgens haar niet meteen zeggen dat er sprake is van een dalende of stijgende trend. Bijenziekte, slechte imkerpraktijken, vergiftiging en klimaatsfactoren kunnen volgens Verburg een rol spelen bij sterfte van bijenvolken. De roep om meer voorlichting vanuit de overheid vindt geen gehoor op het ministerie. "De voorlichting over bijenziektes en bestrijdingsmethoden loopt via de Universiteit van Wageningen", zegt woordvoerster. "Het lijkt me niet per se beter als wij daar zelf voorlichting daarover geven". Het instituut Praktijkonderzoek Plant en Omgeving in Wageningen doet onderzoek naar bijensterfte. De Nederlandse Bijenhoudersvereniging (NBV) noemt de recente bijensterfte 'verontrustend'. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan den jaarlijkse Monitor Bijensterfte. De verwachting is dat het eindgemiddelde uitkomst op negentien procent. Daarbij valt op dat de cijfers in kleinere gebieden onderling 'sterk uiteenlopen'. Wintersterfte onder bijen komt altijd voor. Een sterftecijfer van zo'n tien procent is volgens imkers gebruikelijk. Vorig jaar was de sterfte vijftien procent.
Tot zover het artikel uit het Leids Dagblad.

Dat er af en toe een volk sneuvelt in de winter is een normale zaak, maar dat er nu imkers zijn die de gehele of het grootste gedeelte van hun stal zien verdwijnen is natuurlijk niet normaal. Ik heb dan ook mijn bedenkingen over het commentaar van de woordvoerster van het ministerie van (LNV).

In de regio Saone-et-loire (frankrijk) 90% mortaliteit.( 380 imkers en eind februari )
De oorzaak wordt nu niet meer gezocht bij de pesticides en GEN-planten maar bij varroa, virussen en nosema ceranae. Ook stuifmeel tekort wordt in overweging genomen.

Climats automnal et hiémal inhabituels . Certaines régions du pays ont connu du temps doux durant l'automne et l'hiver. Ces conditions ont contribué au développement d'un plus haut taux d'infestation parasitaire. Dans certains secteurs, la disponibilité prolongée du nectar jusqu'à une date avancée en automne a aussi retardé la fenêtre de traitement idéale dans laquelle les traitements de contr´le des acariens est efficace. Dans d'autres régions, une miellée d'automne insuffisante a empêché le développement d'une populations d'abeilles suffisante avant l'hiver. Ce décalage dans la saisonnalité normale pourrait aussi avoir affecté la production naturelle d'abeilles « d'hiver » physiologiquement adaptées pour survivre aux conditions hivernales.
kg

Bienen(APENSTAART)imkerei 2008 Seite 2 von 4 Datei: infobrief_2008_06

Uit een eerste voorlopige inventarisatie (blitzumfrage met een response van 1620 deelnemers) komt in duitsland naar voren dat de sterfte in de afgelopen winter hoger zal uitvallen dan in voorgaande jaren, maar (zo het er nu uitziet) niet hoger zal zijn dan de uival in 2002/2003 (30%).
Da's positief.

http://agrarinfo.rpl.de/Internet/global ... 008_06.pdf

Op het eiland THOLEN zijn ongeveer 30 % van de bijen verdwenen .

Jaap v P

Gister gesproken met bestuursleden van de afd. Hollansmidden (rond Gouda Boskoop) 67 % van de bijenvolken zijn verdwenen.

Hans

Tellingen onder de leden van de afdeling Dordrecht leverde een wintersterte cijfer op van 40%. Ook hier het fenomeen dat op standen alle volken verdwenen zijn en op andere geen een. Bij mijzelf kwamen 3 van de 4 volken een stuk kleiner de winter uit dan ik gewent ben. Ik moet dus oppassen.
Leo.

Bestudeer de grafieken en provinciekaarten op http://www.beefriends.org , gebaseerd op inmiddels ruim 8000 bijenvolken. Op dit moment is het beeld een aanzienlijk sterfte in de randstand bij imkers met 1-20 bijenvolken van gemiddeld 31%. Dat is 1 op de drie volken. In overige delen van het land ligt het bij de imkers met 1-20 volken rond de 19%.
Het landelijk gemiddelde sterftepercentage van alle volken van alle imkers die een vragenlijst invulden in Nederland ligt nu, 22 april, op 16 %. Hoe beter imkers en plaatselijke verenigingen invullen, hoe beter het inzicht in regionale verschillen. En, inderdaad zoals Leo schrijft, ook in gebieden met veel sterfte zijn er imkers waarvan de bijenvolken probleemloos uit de winter kwamen.
Het begint met de feiten, dan de interpretatie. Die feiten kunnen alleen geleverd worden door de imkers zelf.
De uitspraak van de minister van LNV begin April dat de uitwinteringssterfte niet alarmerend is, zonder bronvermelding (!), is geen interpretatie maar speculatie. De bijensterfte van de afgelopen jaren duidt wel degelijk op een ongewoon probleem, en niet op een 'een normaal verschijnsel in de imkerij'. En tenslotte, de imkers zijn niet verantwoordelijk voor de sterfte, maar een nog onvoldoende complex van factoren. Imkers kunnen, wie twijfelt daar aan, wel door hun manier van imkeren de schade proberen te beperken. Daarin komen kwaliteitsverschillen tussen imkers tot uiting. Daarbij wil ik wel opmerken dat imkers een rol bij sterfte kunnen spelen door het gebruik van bepaalde bestrijdingsmiddelen, al is daarover nog weinig concreet materiaal beschikbaar. Maar wie heeft eigenlijk de taak en het geld om daarin voor te lichten? De minister weet daarop vast het antwoord wel.
Romée van der Zee

ICR,Beemonitoring: http://www.beefriends.org