Pesticiden: het risico voor bijen eindelijk erkend.
Geplaatst: wo 16 jan 2013, 17:27
Beste mede-imkers,
Een artikel dat vandaag verscheen in Le Monde heb ik voor jullie vertaald, omdat dit ons allen aangaat.
Pesticiden: het risico voor bijen eindelijk erkend.
De pesticide-industrie zal de tegenslag moeten incasseren. De Europese Voedselwarenautoriteit (EFSA) publiceert, woensdag 16 januari, een hard wetenschappelijk oordeel over drie pesticides (clothianidine, imidoclaprid en thiamethoxaam). Deze pesticides vormen volgens de EFSA een verhoogd risico voor bijen.
Deze drie taxaties ondersteunen hen die aan deze moderne categorie insecticides – neonicotinoïden – een vooraanstaande rol toedichten bij de versnelde achteruitgang van bestuivingsinsecten, die sinds een jaar of tien, vijftien overal ter wereld wordt geconstateerd. De nieuwe middelen werden begin jaren ’90 op de markt gebracht en behoren vandaag tot werelds meest gebruikte bestrijdingsmiddelen in de landbouw.
De EFSA werd door de Europese Commissie belast met het beoordelen van de risico’s die deze drie middelen met zich meebrengen, blijkens uit de wetenschappelijke publicaties sinds de ingebruikname ervan. De belangrijkste eigenschap van de producten, die op de markt worden gebracht onder de namen Gaucho, Cruiser, Poncho, Nuprid, Argento, etc., is dat ze als omhulling van de zaden worden gebruikt. De zaden worden door het werkende bestanddeel omhuld al voordat ze gezaaid worden. De plant scheidt vervolgens gedurende de hele groei het gif af.
Een enkel contact met deze stoffen kan fataal zijn
Domenica Auteri, die de werkzaamheden van het Europees Agentschap heeft geleid, legt uit: “we hebben geconstateerd dat bijen op drie manieren in contact kunnen komen met de voor hun risicovolle middelen. Dat is het stof die van de zaden of korrels afkomt tijdens het inzaaien, de besmetting door stuifmeel en nectar en, in het geval van mais dat wordt behandeld met thiamethoxaam, de blootstelling door ‘druppelvorming”, dat wil zeggen het afscheiden door de plant van druppeltjes water met pesticides waar insecten soms van drinken."
De stof die wordt veroorzaakt tijdens het inzaaien kan door de wind worden meegenomen en in de omgeving neerstrijken. Aangezien de dodelijke dosis van deze producten een paar miljardste gram per bij is, kan een enkel contact met dit stof de vliesvleugelige fataal zijn.
De drie wetenschappelijke taxaties door het EFSA gepubliceerd liggen in de lijn van een studie die in mei 2012 door hetzelfde agentschap is gepubliceerd en dat ook door de EU was aangevraagd. Het betrof toen de voorgeschreven tests die hebben geleid tot de toelating van de middelen. De groep experts die toen door het EFSA was ingeschakeld, concludeerde dat deze tests niet toereikend waren voor deze producten, omdat ze zijn toegespitst op middelen die verstuifd worden.
Bovendien rapporteerden de onderzoekers dat de laboratoriumtests lacunes bevatten: ze houden geen rekening met synergetische effecten in combinatie met ziekteverwekkers of andere fytosanitaire producten. Ze evalueren bovendien niet de niet-dodelijke effecten (desoriëntatie, geheugenverlies etc.). Daarbij waren de veldonderzoeken niet in staat om de effecten van de middelen te onthullen: het te behandelen oppervlakte was te klein, de bijenvolken waren te klein, etc.
“Neonicotinoïdes hebben een negatief effect op bijen”
Bioloog David Goulson, hoogleraar aan de universiteit van Stirling (Verenigd Koninkrijk) is de auteur van een recent in het tijdschrift Science gepubliceerd onderzoek dat de effecten van imidacloprid op hommels beschrijft. Hij zegt: “Het is erg bemoedigend dat het EFSA ontvankelijk is geweest voor de alsmaar sterkere bewijzen dat neonicotinoïdes een negatief effect hebben op de bijenpopulatie, et dat ze de belangrijke risico’s onderschrijft die met het hedendaags gebruik van deze producten gepaard gaat. Velen van ons zouden graag zien dat er nu een verbod komt op het gebruik van deze pesticides, totdat we echt begrijpen in welke mate ze het milieu beschadigen.”
In de drie gepubliceerde nota’s erkent het EFSA dat de wetenschap nog grote stappen te zetten heeft. Bij sommige gewassen en verschillende gebruikswijzen geven de data soms nog onvoldoende informatie om te kunnen concluderen of een risico al dan niet aanwezig is. Zo is het bijvoorbeeld nog onmogelijk te beoordelen of imidacloprid een risico vormt voor bijen bij gebruik op witlof, sla, andijvie, radijs, etc.
In juni heeft de Franse minister van Landbouw, Stéphane Le Foll, het middel Cruiser verboden voor gebruik op koolzaad. Niettemin is het gebruik ervan op mais in Frankrijk nog altijd toegestaan, ondanks dat het, volgens de EFSA, op twee manieren risico’s vormt voor bijen: via dauwdruppels en opwaaiend stof bij het inzaaien.
De resultaten die door EFSA zijn gepresenteerd verbazen niet
Ondanks dat de resultaten van de EFSA zeer beslist zijn, zijn ze niet verbazingwekkend. Zo zegt Laura Maxim, wetenschapster verbonden aan het CNRS (Centre National de Recherches Scientifiques) en één van de beste specialisten op het gebied van de controverse die met de middelen gepaard gaan, “tien jaar geleden kwam het Comité Scientifique et Technique [een groep experts die in 1999 door de toenmalige Franse minister van Landbouw bijééngetrommeld was] tot dezelfde conclusie aangaande imidacloprid”.
Dit onderzoek werd gepubliceerd in 2003 en heeft geleid tot het verbod van Gaucho in Frankrijk. Twee jaar later rapporteerde het comité vergelijkbare conclusies aangaande een andere controversiële pesticide, friponil (merknaam Régent), dat ook in verband werd gebracht met de achteruitgang van bijen. Het EFSA legt de laatste hand aan een publicatie over dit product, dat niet tot de categorie van neonicotinoïdes hoort. “Het zal voor eind maart worden gepubliceerd”, aldus Auteri.
Een artikel dat vandaag verscheen in Le Monde heb ik voor jullie vertaald, omdat dit ons allen aangaat.
Pesticiden: het risico voor bijen eindelijk erkend.
De pesticide-industrie zal de tegenslag moeten incasseren. De Europese Voedselwarenautoriteit (EFSA) publiceert, woensdag 16 januari, een hard wetenschappelijk oordeel over drie pesticides (clothianidine, imidoclaprid en thiamethoxaam). Deze pesticides vormen volgens de EFSA een verhoogd risico voor bijen.
Deze drie taxaties ondersteunen hen die aan deze moderne categorie insecticides – neonicotinoïden – een vooraanstaande rol toedichten bij de versnelde achteruitgang van bestuivingsinsecten, die sinds een jaar of tien, vijftien overal ter wereld wordt geconstateerd. De nieuwe middelen werden begin jaren ’90 op de markt gebracht en behoren vandaag tot werelds meest gebruikte bestrijdingsmiddelen in de landbouw.
De EFSA werd door de Europese Commissie belast met het beoordelen van de risico’s die deze drie middelen met zich meebrengen, blijkens uit de wetenschappelijke publicaties sinds de ingebruikname ervan. De belangrijkste eigenschap van de producten, die op de markt worden gebracht onder de namen Gaucho, Cruiser, Poncho, Nuprid, Argento, etc., is dat ze als omhulling van de zaden worden gebruikt. De zaden worden door het werkende bestanddeel omhuld al voordat ze gezaaid worden. De plant scheidt vervolgens gedurende de hele groei het gif af.
Een enkel contact met deze stoffen kan fataal zijn
Domenica Auteri, die de werkzaamheden van het Europees Agentschap heeft geleid, legt uit: “we hebben geconstateerd dat bijen op drie manieren in contact kunnen komen met de voor hun risicovolle middelen. Dat is het stof die van de zaden of korrels afkomt tijdens het inzaaien, de besmetting door stuifmeel en nectar en, in het geval van mais dat wordt behandeld met thiamethoxaam, de blootstelling door ‘druppelvorming”, dat wil zeggen het afscheiden door de plant van druppeltjes water met pesticides waar insecten soms van drinken."
De stof die wordt veroorzaakt tijdens het inzaaien kan door de wind worden meegenomen en in de omgeving neerstrijken. Aangezien de dodelijke dosis van deze producten een paar miljardste gram per bij is, kan een enkel contact met dit stof de vliesvleugelige fataal zijn.
De drie wetenschappelijke taxaties door het EFSA gepubliceerd liggen in de lijn van een studie die in mei 2012 door hetzelfde agentschap is gepubliceerd en dat ook door de EU was aangevraagd. Het betrof toen de voorgeschreven tests die hebben geleid tot de toelating van de middelen. De groep experts die toen door het EFSA was ingeschakeld, concludeerde dat deze tests niet toereikend waren voor deze producten, omdat ze zijn toegespitst op middelen die verstuifd worden.
Bovendien rapporteerden de onderzoekers dat de laboratoriumtests lacunes bevatten: ze houden geen rekening met synergetische effecten in combinatie met ziekteverwekkers of andere fytosanitaire producten. Ze evalueren bovendien niet de niet-dodelijke effecten (desoriëntatie, geheugenverlies etc.). Daarbij waren de veldonderzoeken niet in staat om de effecten van de middelen te onthullen: het te behandelen oppervlakte was te klein, de bijenvolken waren te klein, etc.
“Neonicotinoïdes hebben een negatief effect op bijen”
Bioloog David Goulson, hoogleraar aan de universiteit van Stirling (Verenigd Koninkrijk) is de auteur van een recent in het tijdschrift Science gepubliceerd onderzoek dat de effecten van imidacloprid op hommels beschrijft. Hij zegt: “Het is erg bemoedigend dat het EFSA ontvankelijk is geweest voor de alsmaar sterkere bewijzen dat neonicotinoïdes een negatief effect hebben op de bijenpopulatie, et dat ze de belangrijke risico’s onderschrijft die met het hedendaags gebruik van deze producten gepaard gaat. Velen van ons zouden graag zien dat er nu een verbod komt op het gebruik van deze pesticides, totdat we echt begrijpen in welke mate ze het milieu beschadigen.”
In de drie gepubliceerde nota’s erkent het EFSA dat de wetenschap nog grote stappen te zetten heeft. Bij sommige gewassen en verschillende gebruikswijzen geven de data soms nog onvoldoende informatie om te kunnen concluderen of een risico al dan niet aanwezig is. Zo is het bijvoorbeeld nog onmogelijk te beoordelen of imidacloprid een risico vormt voor bijen bij gebruik op witlof, sla, andijvie, radijs, etc.
In juni heeft de Franse minister van Landbouw, Stéphane Le Foll, het middel Cruiser verboden voor gebruik op koolzaad. Niettemin is het gebruik ervan op mais in Frankrijk nog altijd toegestaan, ondanks dat het, volgens de EFSA, op twee manieren risico’s vormt voor bijen: via dauwdruppels en opwaaiend stof bij het inzaaien.
De resultaten die door EFSA zijn gepresenteerd verbazen niet
Ondanks dat de resultaten van de EFSA zeer beslist zijn, zijn ze niet verbazingwekkend. Zo zegt Laura Maxim, wetenschapster verbonden aan het CNRS (Centre National de Recherches Scientifiques) en één van de beste specialisten op het gebied van de controverse die met de middelen gepaard gaan, “tien jaar geleden kwam het Comité Scientifique et Technique [een groep experts die in 1999 door de toenmalige Franse minister van Landbouw bijééngetrommeld was] tot dezelfde conclusie aangaande imidacloprid”.
Dit onderzoek werd gepubliceerd in 2003 en heeft geleid tot het verbod van Gaucho in Frankrijk. Twee jaar later rapporteerde het comité vergelijkbare conclusies aangaande een andere controversiële pesticide, friponil (merknaam Régent), dat ook in verband werd gebracht met de achteruitgang van bijen. Het EFSA legt de laatste hand aan een publicatie over dit product, dat niet tot de categorie van neonicotinoïdes hoort. “Het zal voor eind maart worden gepubliceerd”, aldus Auteri.