Aangepast Segeberger kastdeksel voor een andere manier van bijvoeren
Geplaatst: zo 24 jan 2016, 21:44
Om een Segeberger kastdeksel aan passen om daarmee op een andere manier te kunnen bijvoeren zijn met een gatenzaag vier gaten met een doorsnede van 9,2 cm in de hoeken van de voederruimte onderin het deksel geboord.
De gaten kunnen worden gedicht met de overblijvende ronde stukken deksel die dan als afsluitdoppen dienen.
Het groenblauwe materiaal op de doppen is een flexibele kunststoffoam dat € 0,66 voor een velletje bij een crea-bea winkel kostte.
Met wat stenen er bovenop sluiten die dan luchtdicht af.
In de gaten kan zonodig ook vochtabsorberend materiaal worden geplaatst.
Bijvoorbeeld een stapeltje rondgezaagd absoberend hout met een iets kleinere diameter.
De 9,2 cm gaten zijn groot genoeg om daar met je hand door naar binnen te reiken.
Aan de binnenzijde van het deksel is op de voerruimte schoongemaakt en met propolis ingesmeerd bodemgaas met wat RVS schroefjes bevestigd.
Door de gaten kan zonder dat er bijen naar buiten vliegen naar binnen gekeken worden - eventueel met een zaklantaarn - waar de bijen zitten - bijv. tijdens de winterperiode - waardoor er minder verstoring optreedt.
Door de gaten kan zo nodig suikerdeeg op het gaas boven de bijentros worden gelegd.
Het gebruikte suikerdeeg is een mengsel van honing, glucose en fijngemalen suiker.
De verhouding van de ingredienten is zodanig dat het suikerdeeg niet te snel door het gaas heenzakt, wat wel het geval zou zijn met standaard apifonda.
Met een injectiespuitje kan zonodig wat extra vocht in gaatjes in het suikerkerdeeg worden gespoten tijdens erg droge perioden.
Mijn ervaring is dat bij regelmatig op deze manier bijvoeren de bijen de tros onder het voer houden.
Vanuit de tros stijgt dan waarschijnlijk ook wat warmte - en vocht? - naar boven naar het suikerdeeg, wat voorkomt dat het suikerdeeg bevroren raakt of uitdroogt.
Er kan er op deze manier ook met suikerwater in potten worden gevoerd - bij juiste weersomstandigheden! - waarbij deze met het deksel tegen het gaas kunnen worden geplaatst.
De druppels suikerwater kunnen dan door het gaas door de bijen worden opgelikt.
Het voordeel is hierbij dat de bijen niet massaal door het voergat naar buiten vliegen als een pot wordt geplaatst of vervangen.
Deze manier van bijvoeren heb ik nu sinds een paar maanden toegepast bij een 3-ramer en een kielertje waar dat prima functioneert.
De bijen houden de tros precies onder het gaas op de plek waar wordt bijgevoerd.
Als in de komende maanden bij 1 of meer van de grotere bijenvolken bijgevoerd moet(en) worden dan gebruik ik daarvoor een als boven beschreven aangepast Segeberger kastdeksel.
De gaten kunnen worden gedicht met de overblijvende ronde stukken deksel die dan als afsluitdoppen dienen.
Het groenblauwe materiaal op de doppen is een flexibele kunststoffoam dat € 0,66 voor een velletje bij een crea-bea winkel kostte.
Met wat stenen er bovenop sluiten die dan luchtdicht af.
In de gaten kan zonodig ook vochtabsorberend materiaal worden geplaatst.
Bijvoorbeeld een stapeltje rondgezaagd absoberend hout met een iets kleinere diameter.
De 9,2 cm gaten zijn groot genoeg om daar met je hand door naar binnen te reiken.
Aan de binnenzijde van het deksel is op de voerruimte schoongemaakt en met propolis ingesmeerd bodemgaas met wat RVS schroefjes bevestigd.
Door de gaten kan zonder dat er bijen naar buiten vliegen naar binnen gekeken worden - eventueel met een zaklantaarn - waar de bijen zitten - bijv. tijdens de winterperiode - waardoor er minder verstoring optreedt.
Door de gaten kan zo nodig suikerdeeg op het gaas boven de bijentros worden gelegd.
Het gebruikte suikerdeeg is een mengsel van honing, glucose en fijngemalen suiker.
De verhouding van de ingredienten is zodanig dat het suikerdeeg niet te snel door het gaas heenzakt, wat wel het geval zou zijn met standaard apifonda.
Met een injectiespuitje kan zonodig wat extra vocht in gaatjes in het suikerkerdeeg worden gespoten tijdens erg droge perioden.
Mijn ervaring is dat bij regelmatig op deze manier bijvoeren de bijen de tros onder het voer houden.
Vanuit de tros stijgt dan waarschijnlijk ook wat warmte - en vocht? - naar boven naar het suikerdeeg, wat voorkomt dat het suikerdeeg bevroren raakt of uitdroogt.
Er kan er op deze manier ook met suikerwater in potten worden gevoerd - bij juiste weersomstandigheden! - waarbij deze met het deksel tegen het gaas kunnen worden geplaatst.
De druppels suikerwater kunnen dan door het gaas door de bijen worden opgelikt.
Het voordeel is hierbij dat de bijen niet massaal door het voergat naar buiten vliegen als een pot wordt geplaatst of vervangen.
Deze manier van bijvoeren heb ik nu sinds een paar maanden toegepast bij een 3-ramer en een kielertje waar dat prima functioneert.
De bijen houden de tros precies onder het gaas op de plek waar wordt bijgevoerd.
Als in de komende maanden bij 1 of meer van de grotere bijenvolken bijgevoerd moet(en) worden dan gebruik ik daarvoor een als boven beschreven aangepast Segeberger kastdeksel.