Larven van verschillende leeftijden scheiden verschillende broedferomonen af. Dit maakt het onder andere mogelijk dat de larven het voor hun leeftijd juiste voedsel krijgen en dat de cellen van de oudste larven op het juiste moment worden verzegeld (bij dat laatste speelt echter ook de afstand van de larve tot de celrand een rol). Waarschijnlijk "weet" ook de varroa hierdoor wat het juiste moment is om in een, vlak daarna te verzegelen, broedcel te stappen.
Dat zou suggeren dat darrenlarven ook weer een ander of andere hoeveelheid feromoon afscheiden dan werksterboed...zou allemaal kunnen natuurlijk.
Jelte Pieter Dijkstra schreef:Maar verklaart dat nu ook de hogere instap bij darren??
JP
Ik denk dat je niet te zwaar moet tillen aan voortplanting in het darren broed. Ook als het darrenbroed terugloopt gaat de voortplanting even vrolijk door met wel wat minder nakomelingen. Darrenbroed snijden na een goede winterbehandeling heeft weinig zin.
Jelte Pieter Dijkstra schreef:Maar verklaart dat nu ook de hogere instap bij darren??
Zoals je weet is de varroa destructor op onze honingbij (de Apis mellifera) overgestapt vanaf de Aziatische honingbij (Apis cerana).
In de eeuwen (of duizenden jaren) lange interactie met de Aziatische honingbij heeft de varroa "geleerd" dat de eigen voortplanting in werksterbroed (van de Aziatische honingbij) zelden of nooit succesvol is:
De periode van het gesloten werksterbroed bij de Aziatische honingbij is korter dan bij onze honingbij (waardoor er weinig tot geen volwassen varrao-dochters in kunnen opgroeien).
De Aziatische honingbij herkent geïnfecteerd broed, maar verwijdert alleen aangetast werksterbroed. Aangetast darrenbroed wordt ongemoeid gelaten.
allemaal akkoord. Het is dus evolutionair te verklaren die hogere instap.
Maar dat verklaard nog steeds niet hoe die herkenning verloopt, dus bijv. hoe er biochemsische de hogere instap bij darren valt uit te legen.