MS-patiënt weet zeker dat hij baat heeft bij bijensteken
Marscha van der Vlies
Burgum – Het laatste half jaar was zwaar voor Karel Kerkhof uit Burgum. De MS-patiënt deed het afgelopen jaar mee aan een wetenschappelijk onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen naar de werking van bijengif op het verloop van de ziekte aan het centrale zenuwstelsel.
In juni interviewde het Friesch Dagblad Kerkhof. Hij had toen net een halfjaar lang bijensteken gehad en voelde zich ronduit onoverwinnelijk.
Om het onderzoek goed te volbrengen moest Kerkhof het afgelopen half jaar zonder de steken stellen. ,,Dat was heel zwaar. Al na een week zonder voelde ik me vermoeider. Ik moest zelfs enkele weken in een rolstoel doorbrengen. Ik had het gevoel dat er iets ontbrak in mijn lichaam. Je kunt het het beste vergelijken met het hebben van griep. Je voelt je ellendig. Af en toe had ik een goede dag. Een wereld van verschil dus met het eerste halfjaar”, constateert de Burgumer.
In de eerste zes maanden kon Kerkhof, die waarschijnlijk al een jaar of vijftien aan multiple sclerose lijdt, eindjes fietsen en zat hij elke dag vol met energie. Hij beschrijft in het FD in juni triomfantelijk dat hij een autorit van 200 kilometer heeft gereden. Kort daarvoor was hij al uitgeteld na een autoritje naar de supermarkt.
Terugvallen viel hem dan ook zwaar, al kon hij het op zijn klompen aanvoelen dat dit zou gebeuren. ,,Ik stond ’s ochtends op en vroeg me af hoe ik de dag nu weer moest doorkomen. Ik leefde via een schema; ik had geen energie en ruimte om andere dingen te doen. Hele weken heb ik in een rolstoel moeten doorbrengen. Via de Universiteit werden wel activiteiten georganiseerd om ons op te peppen. Je moet het toch zelf doen.”
Maar Kerkhof blijft er nuchter onder. ,,Ik woon in een buurt waar vijf mensen wonen die MS hebben. Zij gaan achteruit, terwijl ik weet dat de bijensteken mij helpen. Dat raak ik niet meer kwijt zelfs al stopt het onderzoek. Ten behoeve daarvan moest ik een half jaar stoppen met de steken: jammer voor mij, maar goed voor het onderzoek. Ik had de lusten ervan en dan dus ook maar de lasten.”
Net een week geleden is Kerkhof weer begonnen met de steken. Hij merkt direct verbetering. ,,Zo was ik het afgelopen half jaar voortdurend koud. Na een steek voelde ik direct de warmte. Ik merk dat ik weer energie krijg en ruimte voor ideeën in mijn hoofd.”
Verder heeft hij nu geen last van de bijwerkingen die het gif de eerste keer met zich meebracht. ,,Toen ik vorig jaar met het experiment begon had ik last van jeuk en dikke benen. Dat was geen pretje. Gelukkig is dat nu niet zo. Waarschijnlijk is er al die tijd toch iets van het gif in mijn lichaam achtergebleven.”
Carnica bijen
Kerkhof haalt de bijensteken bij een imker in de buurt en niet langer meer via de universiteit. In de zomer zet hij zijn eigen bijenkast in de tuin. Nu krijgt hij wekelijks een pot carnica bijen mee. ,,Die moet ik af en toe even bijvoeren met water en honing en dan steek ik mezelf een paar keer per week. Dat gaat prima.”
De uitkomsten van het onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen worden over ongeveer twee maanden verwacht. ,,We zijn met 28 mensen gestart. Van hen kregen er dertien bijensteken. Een van die dertien is na twee maanden afgehaakt; hij kon het niet aan. Van de twaalf overgebleven proefpersonen heeft er één het afgelopen jaar geen last gehad van terugval. De andere elf wel, onder wie ik. Er zijn bij die het nog veel zwaarder hebben gehad dan ik.”
Op de onderzoeksresultaten wacht Kerkhof dus niet. ,,Voor mij is het wel duidelijk. Ik heb geen bewijs meer nodig. Als uit het onderzoek toch iets anders blijkt, dan is dat jammer voor het onderzoek. Maar voor mij heeft dat geen gevolg. Ik weet genoeg. Ik heb mijn levenslust weer terug.