Verwant aan honingbijen zijn talloze insecten. Veel imkers hebben er een speciaal oog voor ontwikkeld. Ook niet verwante insecten hebben vaak hun interesse.
Ik doe een gok, want het blijft nog erg stil rond je vraag: Volgens mij is dit de tuinbladsnijder, Meg. centuncularis. Het andere bijtje is volgens mij een groefbij (Lasioglossum spec.). De grote bladsnijder (M.willughbiella) is het niet, want dit is een veel grover gebouwd beestje met op de rug onderbroken haarbandjes, daarnaast veloopt de buikborstel duidelijk van rood naar zwart. Groet,
Voor een zekere M. centuncularis moet je de tarsen en klauwtjes kunnen zien. Het gaat om de kleur. Nu kan het ook lapponica of versicolor zijn, want op de foto is het niet te zien.
Dan hoop ik er nog één te zien, want deze maakte een wandelingetje over mijn terras en is weer verdwenen. Als ik er nog een zie zal ik de klauwtjes beter bestuderen en proberen te fotograferen. Die Groefbijtjes zitten wel steeds op dezelfde plek met een tiental op een bloemenrandje in mijn tuin.
Je hoeft de tarsen van dit beestje niet noodzakelijkerwijs te zien - het betreft een vrouwtje (zie buikborstel). Wel zou je het beestje het liefst even van ale kanten bekijken. Het verschil tussen centuncularis en "de anderen" zijn (volgens de boeken) allereerst de opstaande haartjes op het allerlaatste achterlijfsegment. Deze lijken zichtbaar en daarmee zou de rest afvallen. Verder heeft centuncularis soms donkere haren aan het einde van het achterlijfsegment en meestal een geheel rood-oranje buikborstel. Bij versicolor en lapponica is deze meestal (hoeft niet altijd) vanaf de laatste twee achterlijfsegmenten zwart. Bovengenoemde maakte dat ik gokte op centuncularis. Groet,