Een bijzondere inheemse bij op het eiland Sicilië.

bijenstal op Sicilië

Op Sicilië is de Zwarte-bij, die zich in oeroude tijden over N.- en W. Europa verspreidde, inheems. Toen na de laatste ijstijd het land door het stijgende zeewater werd omspoeld, raakte deze tak van de apis mellifera mellifera op het eiland geïsoleerd en door de aanpassing aan de Siciliaanse omgeving kreeg zij een geheel eigen karakter met unieke eigenschappen. Men noemt haar de Nera Siciliana, de Zwarte Siciliaan; officieel het zij Apis mellifera siciliana .
De Siciliana is bijzonder vitaal en zeer zachtaardig; zij verdraagt hoge temperaturen tot zelfs boven de 40 gr. Zij heeft twee broedpieken, in het vroege voorjaar en in het najaar. Er wordt volop gezwermd met meerdere jonge moeren per zwerm, die overleven tot één van hen van een geslaagde bruidsvlucht huiswaarts keerde. De oude moer blijft doorgaans in het oude volk tot ook daar een bevruchte jonge moer het nest overneemt (geen voorzwerm dus).
Sinds de 70er jaren van de vorige eeuw werd de Zwarte Siciliaan overwoekerd door moeren en zwermen van het vasteland, Ligustica – Carnica – Caucasica -Buckfast. Imkerijen, vooral in het meer vlakke oostelijk deel van het eiland, importeerden deze rassen vanwege de hogere honingproductie. De hybridisatie verdreef de Siciliaan en leverde een toename van de agressiviteit op, een verminderde aanpassing aan de omgeving en een grotere vervuiling van de raat, waardoor gevoeligheid voor kwalen toenam. Sinds haar intrede in de 80er jaren richten Varroa en daarna de verdwijnziekte aanzienlijke schade aan .
In het N. W. deel van het eiland bleef de Zwarte bij nog dominant aanwezig. Door haar vitaliteit en het verdragen van hoge temperaturen is de oude inheemse bij beter tegen allerlei kwalen bestand; tegen de Varroa heeft zij een natuurlijke weerstand mede door de hoge temperatuur van het broednest; verdwijnziekte komt bij haar niet voor. Geen wonder, dat imkers naar deze bij terug verlangen.
Wetenschappers, autoriteiten en imkerverenigingen hebben zich aaneengesloten voor een groots project tot behoud en herintroductie van de Zwarte Siciliaan. Er werd een “vereniging tot behoud van..” opgericht. Op een grote conferentie, gehouden op 19 januari j.l., sloten 150 imkers van over hele eiland zich aan. De overheid betaalt de kosten van materialen (kasten e.d.) en voorlichting; de deelnemende imkers hebben zich verplicht zich te houden aan specifieke regels betreffende de teelt. Het project duurt 3 jaren en moet aantonen, dat de geringere honingproductiviteit van de inheemse Siciliaanse bij ruim wordt gecompenseerd door de verminderde noodzaak tegen allerlei destructieve ziektes op te treden.